e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ottersum

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
rouwbrief dodenbrief: doojenbrie.f (Ottersum) rouwbrief III-2-2
rouwkleding rouwkleder: rowkleer (Ottersum) rouwkleding III-2-2
royaal royaal (<fr.): rejaol (Ottersum) royaal [DC 02 (1932)] III-3-1
rozenbottel timpelteer: ti(.)mpeltèèr (Ottersum), ti.nteltèèr (Ottersum) rozebottel III-4-3
rozijnenbrood rozijnenweg: rezienewék (Ottersum) brood, waarin rozijnen gebakken worden [N 29 (1967)] III-2-3
ruche musje: møskǝ (Ottersum) Geplooid (kanten) oplegsel aan dameskleren of een geplooide gerimpelde of klokkend geknipte reep stof. Er zijn twee soorten ruches, rechte en ronde, die verschillend worden geknipt. Zie afb. 47. [N 62, 42a; MW; monogr.] II-7
rug van het blad van de zeis rug: røx (Ottersum) De opstaande stevige rand aan de buitenzijde van het blad van de zeis. Zie afbeelding 5, nummer 5. [N 18, 68e; JG 1a, 1b] I-3
rug, aangeaard stuk balkvoor: balkvoor (Ottersum), walletje: węlǝkǝ (Ottersum) De verhoogde rug of wal die ontstaat bij het aanaarden van de aardappelen. Bij holvoor(de) heeft betekenisoverdracht plaatsgevonden; het is eigenlijk de open voor naast de rug. [N 12, 27; monogr.] I-5
ruggengraat rugstrang: rugstraank (Ottersum, ... ) rug: ruggegraat [ruggestrang, ruggegraat] [N 10 (1961)] III-1-1
rugnet groot net: groot net (Ottersum) Vliegennet dat over de rug van het paard wordt gehangen. Een groot aantal opgaven zijn benamingen voor het vliegennet in het algemeen. Zie voor de fonetische documentatie het lemma Vliegennet [JG 1a; N 13, 83c] I-10