e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Ottersum

Overzicht

Gevonden: 4473
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
de staart couperen afdoen: afdūn (Ottersum) Het kappen of afsnijden van de staart van veulens gebeurt na enkele dagen of weken. Nadat de staart zuiver gemaakt en afgebonden is, wordt hij afgesneden en toegebrand. [N 8, 103d] I-9
de stortkar doen achteroverslaan opkippen: ǫpkipǝ (Ottersum), opslaan: opslǭn (Ottersum) De kipbare bak van de stortkar doen kippen om de lading te lossen. Dit lemma vormt een aanvulling op het lemma kippen, storten in wld I.10. De kaart combineert de opgaven uit beide lemmata. [N 17, 88] I-13
de trap afschrijven de trap afschrijven: dǝn trap˱ afsxrīvǝ (Ottersum) Bij een rechte steektrap met behulp van een zwaaihaak of afschrijfmal de treden op de bomen afschrijven. Zie ook de lemmata 'Rechte streektrap' en 'Afschrijfmal'. [N 55, 93; N 55, 94a-b] II-9
de trede inpassen inpassen: inpasǝ (Ottersum) De trede in het nest inpassen. [N 55, 115] II-9
de tweede keer bakken kleuren en drogen: klø̄rǝn ɛn drø̄gǝ (Ottersum) Uit de woordtypen blijkt dat dit voor de tweede keer bakken bestaat uit twee handelingen t.w. laten kleuren en laten drogen van de beschuit. [N 29, 63] II-1
de vier zijden van een bikkelbeentje buik: buuk (Ottersum), staand: stōͅnt (Ottersum) De vier zijden van zon beentje. [N R (1968)] III-3-2
de wand volvlechten opzetten: op˲zętǝ (Ottersum) De zijkanten van de mand met wissen verder volvlechten. [N 40, 62] II-12
de was bleken bleken: blēͅkə (Ottersum) bleken III-2-1
de was doen wassen: wasə (Ottersum) wassen III-2-1
de was stijfselen stijven: stīvə (Ottersum) stijven III-2-1