e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Paal

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lastig (werken) lastig: ook materiaal znd 30, 02  lestig (Paal) lastig [ZND 01 (1922)] III-1-4
laten laten: lĕŭten (Paal), lutten (Paal), løtə (Paal) laten [ZND 25 (1937)], [ZND m] III-1-2
latierboom scheihout: sxē̜ ̞hǭt (Paal) Een horizontale balk die twee paarden van elkaar scheidt, meestal hangend aan kettingen, ook wel vast verbonden. In plaats van een hangende balk kan er ook een eenvoudige en niet al te hoge tussenwand zijn. Met een box is een afgeschutte ruimte voor één paard bedoeld; de tussenwand maakt dan deel uit van de box. [N 5A, 59d; monogr.] I-6
latwerk hooilatten: huǝi̯latǝ (Paal) Latwerk dat op de berries van de kruiwagen gelegd werd, ten einde het laadvlak te vergroten. [N 18, 101; JG 1d] I-13
lauw lauw: loo water (Paal), a als in franse dans  loo water (Paal), a dof  lo water (Paal) Lauw. Lauw water [ZND 37 (1941)] III-4-4
lederen pantoffel slof: sloeffe (Paal), slufə (Paal) pantoffels, lederen ~, gemakkelijke huisschoenen zonder veters [petoffels, pantoefels, trumpe, sjlutsje, sloffe, sjloebe] [N 24 (1964)] III-1-3
leefnet net: net (Paal) Het net waarin men vissen die met de hengel zijn gevangen levend kan houden [leefnet, kaar]. [N 88 (1982)] III-3-2
leeftijd, ouderdom oude dag: aon dag (Paal), ouderdom: āərdom (Paal) ouderdom; op zijn - [ZND B1 (1940sq)] || ouderdom; op zijn ouderdom [ZND 40 (1942)] III-2-2
leeg, gezegd van een noot kwaad: verzamelfiche ook mat. van ZND 1 (a-m)  keu neut (Paal), leeg: verzamelfiche ook mat. van ZND 1 (a-m)  liege neut (Paal) loze noot [ZND 30 (1939)] III-2-3
leeg, niets bevattend leeg: leeg (Paal), lieg (Paal), liex (Paal) Leeg. Mijn glas is ledig [ZND 37 (1941)] III-4-4