e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Panningen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vriend vriend: vrīndj (Panningen) vriend [SGV (1914)] III-3-1
vriesweer dun weer: ennen dönne (Panningen), noebelachtig: noebelééchtig (Panningen), winterachtig: vingerééchtig (Panningen) vriezend weer, koud en droog [N 22 (1963)] III-4-4
vriezenx vriezen: vrize (Panningen), vrīze (Panningen, ... ), ’t vrize (Panningen), ’t vruusjt (Panningen), winteren: wintjere (Panningen) vorst, het vriezen [gevreur] [N 22 (1963)] || vriezen [SGV (1914)] || vriezen [bieberen, bikken] [N 22 (1963)] III-4-4
vrouw vrouw: wètste wafere vrouw dĕt wāās (Panningen) wie [weet je, ~ die vrouw was?] [SGV (1914)] III-3-1
vrouw in het kaartspel wijf: wief (Panningen) En hoe [noemt u van het kaarspel] de [verschillende] plaatjes? - III. Vrouw. [DC 52 (1977)] III-3-2
vrouwelijk geslachtsdeel schee: sjèj (?) (Panningen) [N 10c (1961)] III-1-1
vrouwelijk jong van de geit geitje: getjǝ (Panningen), germpje: gremkǝ (Panningen), metje: mętjǝ (Panningen) [N 19, 71c; N 19, 71a; N 77, 77; N 77, 75; Vld.; A 9, 21; N C, Q 111 add.] I-12
vrouwelijk kalf maalkalf: mǭl[kalf] (Panningen) [N 3A, 20; N C, 7b; JG 1a, 1b; A 9, 17b; Gwn V, 5b; monogr.] I-11
vrouwelijk kalf dat van tanden begint te wisselen rind: rēntj (Panningen) Het gaat hier om een kalf dat ongeveer één jaar oud is. [N 3A, 22] I-11
vrouwelijk kuiken pulletje: pø̜lkǝ (Panningen) [N 19, 41a; monogr.] I-12