e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Panningen

Overzicht

Gevonden: 4207
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
gehurkt zitten gehukt zitten: gehuukt zitte (Panningen), héé zaat gehoekd (Panningen), hukje zitten: huukske (Panningen) hurken, op zijn ~ gaan zitten [N 10 (1961)] || hurken, op zijn ~ zitten [op de huuke, op znen huik, op zn huiketjes zitte] [N 10 (1961)] III-1-2
geit geit: gęi̯t (Panningen) Geit in het algemeen. Ten aanzien van germ merken enkele informanten (L 292 (Heythuysen), Q 99 (Meerssen), 111* (Ransdaal)) op dat hiermee een vrouwelijke geit wordt bedoeld. Zie afbeelding 7. [N 77, 74; L 14, 32; A 9, 20; JG 1a, 1b; Wi 7; NE I, 16; AGV, m3; Gwn 5, 13; Vld.; monogr.; S, Q 105 add.; S 10, add.] I-12
geknipt werk knipvoeg: knep˲vōx (Panningen), knipvoegwerk: knep˲vōxwęrǝk (Panningen), knipwerk: knepwęrǝk (Panningen), snijvoegwerk: šnivōxwęrǝk (Panningen) Wijze van voegen waarbij de voegen eerst met fijne witte specie worden volgezet en vervolgens langs de kanten met een voegijzer of mesje schuin worden afgesneden. Geknipt werk vervaardigen noemde men in L 163 'knippen' ('knepǝ') of 'snijden' ('snejǝ'), in K 353 'bovenop voegen' ('bōvǝnup ˲vugǝ'). [N 32, 34d; N 32, 35a; N 32, 35c; monogr.] II-9
geknotte wilg wijdenpoest: mv.: puusj (zeldzaam)  wieje poesjt (Panningen) de knotwilg (boom van het geslacht Salix) [DC 13 (1945)] III-4-3
gekookte hersens gebraden harren: Syst. WBD  gebròòë herre (Panningen), gekookte harren: Syst. WBD  gekokde herre (Panningen) Gekookte hersens (frikkedellen, sepieten?) [N 16 (1962)] III-2-3
gekraagde roodstaart roodstaartje: rôêtstèrtje (Panningen) gekraagde roodstaart III-4-1
gekruld haar krom haar: krom haor (Panningen), krulhaar: królhòò:r (Panningen), krölhaor (Panningen) gekruld haar [N 10 (1961)] III-1-1
geld cent: sens (Panningen), knabben: knabbe (Panningen) Geld in het algemeen; hierbij ook graag allerlei uitdrukkingen [geld, sens, poen, swis, oorden enz.] [N 21 (1963)] III-3-1
gele kwikstaart gele kwikstaart: géé:le kwiksjért (Panningen), kwikstaart: kwikstert (Panningen) kwikstaart, geel [DC 26 (1954)] || kwikstaart, geel (16,5 blauwig-grijs boven, geel onder; met lang wiebelstaartje; zomervogel; in weiland en korenvelden; er bestaat ook nog grotere uitgave die langs beekjes huist en zeldzaam is [N 09 (1961)] III-4-1
gele lupine boontjes: bȳnkǝs (Panningen), filipinen: følǝ`pinǝ (Panningen) Lupinus luteus L. Een 30 tot 60 cm hoge plant met een uit gele, lipvormige bloempjes bestaande bloempluim, die bloeit van juni tot september, boonvormige vruchtjes draagt en vooral op zandgronden als bemestingsgewas wordt geteeld. [N Q, 4a; N 11A, 29a en 29b; JG 1a, 1b; A 55, 3b; NE 1, 18; R 3, 30; monogr.] I-5