| 19086 |
(iets) zich niet aantrekken |
niet aantrekken:
ge moet och dè nie aantrekken (L355p Peer)
|
Ge moet u dat niet aantrekken [ZND 32 (1939)]
III-1-4
|
| 21779 |
(kleine) zelfstandige |
commerant (fr.):
ne klehne commerciant (L355p Peer)
|
Noem het (dialect)woord voor: een kleine zelfstandige? [middenstander] [N 102 (1998)]
III-3-1
|
| 17967 |
(met) het hoofd stoten |
stoten:
B.v. oehre kop stoewehten doede as `t pijn dièjeht mehr iehjene kiejer.
oehre kop stoewehten (L355p Peer)
|
Het hoofd stoten (botsen, knotsen). [N 109 (2001)]
III-1-2
|
| 17675 |
(met) stevige benen |
stevige stompige benen:
stevige stompige biehjen (L355p Peer)
|
Stevige benen (stompels, gestapeleerd) [N 109 (2001)]
III-1-1
|
| 17863 |
(zich) bukken |
(zich) bukken:
B.v. ge moet veel bohken ander krijgde ne stijve rig.
bohken (L355p Peer)
|
Bukken, zich bukken ((zich) buigen) [N 109 (2001)]
III-1-2
|
| 22095 |
<naam> |
<naam>:
iemands naamfeest vieren (L355p Peer, ...
L355p Peer),
naamdaag (L355p Peer),
zijn naamfiest vieren (L355p Peer, ...
L355p Peer)
|
Een naamfeest, naamdag [vernamsdaag, nametsdaag]. [N 96C (1989)] || Hoe heet: het naamfeest van iemand vieren? [ZND 32 (1939)], [ZND 32 (1939)] || Iemand besteken (ter gelegenheid van zijn naamfeest). [ZND 33 (1940)]
III-3-2
|
| 18253 |
[falie] |
falie:
ZND35,010b: Niet meer in gebruik.
faalie (L355p Peer),
voile (fr.):
ZND35,010b: Bij de vrouwen als ze in de rouw zijn.
vol (L355p Peer)
|
falie (zwarte doek die de vrouwen vroeger droegen, nu nog hier en daar in gebruik bij begrafenissen) [ZND 35 (1941)]
III-1-3
|
| 18182 |
[kazavek?] |
jak:
Op de vraag antwoordt de informant het volgende: "Onbekend; wel jak = zelfde betekenis als kazevek"009b: Borstbekleedsel.
jak (L355p Peer),
wambuisje:
Vest of gillet.
wemeske (L355p Peer)
|
Kent u het woord kazevek, kazaver, kazawik voor een bepaald kledingstuk? Geef de juiste uitspraak op [ZND 48 (1954)]
III-1-3
|
| 31697 |
aaks |
bijl:
bęjl (L355p Peer)
|
Zware bijl met lange steel die wordt gebruikt om bomen te vellen. [N 50, 10b; N 75, 114d; L 32, 46; monogr.]
II-12
|
| 21293 |
aalmoes |
aalmoes:
⁄n aalmoes (L355p Peer)
|
aalmoes [ZND 32 (1939)]
III-3-1
|