e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Peer

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
huis, woning huis: hoͅu̯s (Peer) huis [ZND 34 (1940)] III-2-1
huishouden huishouden: hoͅu̯shaən (Peer), hoͅu̯shān (Peer) Wat een armzalig huishouden [ZND 32 (1939)] III-2-1
huisjesslak karakol: kakrol (Peer) slak, huisjesslak [ZND 06 (1924)] III-4-2
huismus, mus daksjierp: in de stad  daksjirəp (Peer), mus: meis (Peer), meͅs (Peer), musch (Peer), musschen (mv.) (Peer) mus [Willems (1885)], [ZND 01 (1922)], [ZND 43 (1943)] III-4-1
huisvlieg, vlieg vlieg: vlieg (Peer) vlieg [Willems (1885)] III-4-2
huiszegen huiszegen: houszegen (Peer) De Huiszegen, d.w.z. een ingelijste afbeelding van O.L. Heer aan het kruis, waaronder enkele gebeden, of een tekstplaat in sierschrift, waarop een gebed over huis en bewoners of een uit Rome ontvangen plaat waarop de afbeelding van de paus, vermelding van [N 96B (1989)] III-3-3
huiszegening huiszegen: houszegen (Peer) De huiszegening op Driekoningen of op Paaszaterdag. [N 96B (1989)] III-3-3
huppelen huppelen: B.v. huppelen doen klehn jung nogal geer.  huppelen (Peer) Huppelen: met kleine sprongetjes zich voortbewegen (hippen, hoppen, huppen, huppelen) [N 108 (2001)] III-1-2
hurken zich op zijn hukken zetten: hēə za͂t zech op zən houkən (Peer) hij hurkte neer [ZND 01u (1924)] III-1-2
huurcontract huurceel: ich hem `n hierceel van drij jâor (Peer), huurcontract: hierkontrakt (Peer) het contract dat gesloten wordt wanneer een huis wordt verhuurd; hoe zegt men b.v. "ik heb een ...... van drie jaar"? [ZND 43 (1943)] III-3-1