22800 |
melden (kaartterm) |
melden:
als men ergens schuld heeft zegt de shuldeiser soms wel eens ig zal ôg wèl ns mellen
mellen (L355p Peer),
in het kreisjassen (kaartspel) mellen = bekendmaken
mellen (L355p Peer)
|
Melden. (in welke betekenis wordt dat woord gebruikt? Geef de uitdrukking waarin het voorkomt, b.v. bij het kaartspelen, enz.). [ZND 38 (1942)]
III-3-2
|
22802 |
melden: roem (kaartspel) |
meld:
hij weet niet veel te zeggen
hé heet nie veel mel (L355p Peer)
|
Melden. (in welke betekenis wordt dat woord gebruikt? Geef de uitdrukking waarin het voorkomt, b.v. bij het kaartspelen, enz.). [ZND 38 (1942)]
III-3-2
|
33294 |
melganzevoet |
smeel:
smēl (L355p Peer)
|
Chenopodium album L. Zeer algemeen voorkomend onkruid op braakliggend land en bouwland, vooral bij sterke bemesting, en met name ook waar pulpkuilen gestaan hebben. Het heeft witte bloemtrosjes, die van juli tot de herfst bloeien, en bladeren die van boven dof en van onder wit-melig zijn. De hoogte varieert van 15 tot 120 cm. [JG 1a, 1b; A 60A, 83; monogr.]
I-5
|
34237 |
melk |
melk:
mø̜lǝk (L355p Peer),
męlǝk (L355p Peer),
mɛ.lǝk (L355p Peer),
mɛlk (L355p Peer)
|
De hoofdzakelijk uit water, eiwit, vet en melksuiker bestaande witte vloeistof die door het vrouwelijk rund wordt afgescheiden. Op de kaart is het woordtype melk niet opgenomen. [A3, 3; A 11, 1c; A 17, 17; A 7, 14; RND 40; RND 127; S 23; JG 1a, 1b, 2c; L 1a-m; L 4, 3; L 29, 5; NE 3, V 6n; Vld.; Gwn 10, 1; monogr.]
I-11
|
34241 |
melk zeven |
zijen:
zęi̯ǝn (L355p Peer)
|
De melk door een doek, zeef of filter laten vloeien om de melk te zuiveren van onbruikbare of verontreinigende stoffen of bestanddelen. [S 46; Wi 30; monogr.; add. uit N 12, L 324]
I-11
|
34095 |
melkaders |
melkaderen:
męlǝkø̄rǝ (L355p Peer)
|
De aders langs de buik naar de uier. [N 3A, 118a]
I-11
|
34246 |
melkafromer |
afromer:
afrumǝr (L355p Peer),
ā.frūmǝr (L355p Peer)
|
De afromer scheidt de roomlaag van de melk. Dit scheiden kan gebeuren door een grote schuimspaan of een houten lepel te gebruiken. Met een houten latje kan men room tegenhouden, terwijl de ontroomde melk door de tuit van de in schuine stand gehouden plateel of teil vloeit. Men kan de room eenvoudig met een vinger wegdoen of men kan die wegblazen. Moderner is de scheiding van room en melk met een melkmachine of centrifuge. [N 12, 57 en 58; JG 1a, 1b; A 23, 3; monogr.]
I-11
|
21288 |
melkboer |
melkboer:
mɛləgbû.r (L355p Peer)
|
melkboer [RND]
III-3-1
|
24808 |
melkdistel |
kruidkoek:
kraut-kok (L355p Peer, ...
L355p Peer),
landdistel:
landdestəl (L355p Peer, ...
L355p Peer),
landdeͅstəl (L355p Peer),
melkdistel:
mɛlkdestəl (L355p Peer)
|
[ZND 01 a-m (1922)]melkdistel [ZND 01 (1922)] || Zachte melkdistel (voor konijnen) [ZND 23 (1937)]
I-7, III-4-3
|
34226 |
melken |
melken:
mɛ.lǝkǝn (L355p Peer),
mɛlkǝn (L355p Peer),
mɛlǝkǝ (L355p Peer),
mɛlǝkǝn (L355p Peer)
|
Melk uit de uiers van de koe drukken. Zie afbeelding 9. [L 38, 44; JG 1a, 1b; Wi 26; Vld.; monogr.]
I-11
|