17914 |
verbergen |
verbergen:
verbergen (L355p Peer),
verbèirgen (L355p Peer),
versteken:
versteken (L355p Peer),
vərstäkən (L355p Peer)
|
verbergen [ZND 25 (1937)], [ZND m]
III-1-2
|
18159 |
verbinden van een wonde |
verbinden:
wond verbinnen (L355p Peer)
|
verbinden: Een wond verbinden (banden, verbinden, zwachtelen). [N 107 (2001)]
III-1-2
|
17932 |
verdacht rondlopen |
rondzwerven:
dioeven zwerven rond vehr hunne slaag kounen sloan (L355p Peer)
|
Rondzwerven met kwaad in zin (sluipen, schuimen, schuupen) [N 108 (2001)]
III-1-2
|
34155 |
verdrogen |
verdrogen:
vǝrdrīgǝ (L355p Peer)
|
Minder melk gaan geven wegens drachtigheid. [N 3A, 72a]
I-11
|
17936 |
verdwenen |
foetsie:
als er iest foetsjie is , is ’t weg (L355p Peer)
|
Weg, verdwenen: niet meer ter plaatse aanwezig zijn (weg, verdwenen, rits(e), foetsie, voert, voet) [N 108 (2001)]
III-1-2
|
23855 |
vereniging die de processiepaaltjes plaatst |
processiegroep:
percessiegroep (L355p Peer)
|
De vereniging of groep die de dag voor de processie de paaltjes (met de processievaantjes) en de rustaltaren plaatst. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
30596 |
verf |
verf:
vē̜jrǝf (L355p Peer)
|
Vloeibare substantie, gewoonlijk bestaande uit een poedervormige, kleurgevende stof en een bindmiddel. Verf wordt met behulp van een kwast, een roller of een spuit opgebracht, waarna zij in een harde laag opdroogt. [Wi 54; S 39; L A1, 82; N 67, 18a; monogr.]
II-9
|
19625 |
verfkwast |
borstel:
grote verfborstel
boͅrstəl (L355p Peer)
|
borstel; inventarisatie benamingen; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)]
III-2-1
|
30735 |
verflaag |
laag verf:
lø̜̄x ˲vɛrǝf (L355p Peer)
|
Zie kaart. Uitgestreken hoeveelheid verf. [N 67, 77a; L 29, 28b; monogr.]
II-9
|
17924 |
verfrommelen |
verfrommelen:
verfrommelen (L355p Peer, ...
L355p Peer)
|
(papier) frommelen, verfrommelen [ZND 35 (1941)]
III-1-2
|