e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Peer

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vijver vijver: vęi̯vǝr (Peer), wijer: węjǝr (Peer) Kleine, natuurlijke of (meest) gegraven, vaak omsloten waterplas. Vroeger groef men vaak vijvers om er vis in te houden. Tegenwoordig is de vijver vaak een deel van een park- of tuinaanleg. [R 7, 18; S 40; A 20, 1e; L 8, 47; monogr.] I-8
vin rugvin: rugvin (Peer), staartvin: startvin (Peer) rugvin [N102 (1998)] || staartvin. Soms krijgen de rugvinnen en de staartvinnen bij de vissen afzonderlijke namen. [N102 (1998)] III-4-2
vinden vinden: vinnen (Peer) vinden [ZND m] III-1-2
vinger vinger: vinger (Peer), viŋər (Peer) Doorn: ik heb een doorn in mijn vinger [ZND 23 (1937)] || vinger [RND] III-1-1
vingerlid lid: leet (Peer), lid (Peer) lid van de vinger [ZND 37 (1941)] III-1-1
vingers (spotnamen) dikke vingers: dikke vingers (Peer), kromme vingers: krom vingers (Peer), lange vingers: lang vingers (Peer) Spotbenamingen voor de vingers [N 109 (2001)] III-1-1
vink botvink: botvink (Peer), vink: vink (Peer, ... ) vink [Willems (1885)], [ZND 43 (1943)] III-4-1
violier flier: flier (Peer), flierbloem: flierbloem (Peer), violier: flīr (Peer), violierbloem: flierbloem (Peer) Cheiranthus cheiri, Fr. Giroflée des murailles [ZND 15 (1930)] || Violier (Matthiola incana (L.) R.Br.). Sierplanten, meestal met langwerpige, gaafrandige bladeren; grijsachtig door de dichte beharing. De bloemen zijn verschillend gekleurd, maar niet geel, meestal paarsrood. Dik van blad en vaak met dubbele bloemen. Hau [ZND 15 (1930)] I-7, III-2-1
viool viool: ĕn viool (Peer) Viool. [Willems (1885)] III-3-2
viooltje viooltje: vioolke (Peer), vioolkes (Peer), viooltje (Peer) Viola, Fr. violette [ZND 34 (1940)] I-7