e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Peer

Overzicht

Gevonden: 3663
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
dons, nestveren dons: dōns (Peer), duivelshaar: dievelshoar (Peer), dyvelshör (Peer) dons [ZND 35 (1941)] III-4-1
dood (adj. schertsend bedoeld er geweest: znd 23, 022b;  er geweest (Peer), naar pierenland: znd 23, 022b;  naor piereland (Peer), vertrokken: znd 23, 022b;  vertrokken (Peer), ze hebben hem zijn haver ingegeven?: znd 23, 022b;  ze hemmen him zin haver ingegaiven (Peer) dood; schertsende uitdrukking die hiervoor gebruikt wordt [ZND 23 (1937)] III-2-2
dood (adj.) dood: znd 23, 022a;  doet (Peer), doëd (Peer), dōēd (Peer) dood; hij is - [ZND 23 (1937)] III-2-2
dood (bn.) dood: dōēt (Peer), dôêt (Peer) dood; de jongen die gisteren van het dak is gevallen, is nu - [ZND 46 (1946)] || dood; ¯t kindje was - eer (dat) ze ¯t konden dopen [RND] III-2-2
dood (zelfst.nw.) dood: 1a-m; 23, 21  doed (Peer), doet (Peer), dōēd (Peer) dood (subst.; na den dood) [ZND 01 (1922)] III-2-2
doodkist doodskist: znd 33, 38;  doedskist (Peer), doeetskist (Peer), zerk: znd 33, 38;  zerk (Peer) een doodkist [ZND 33 (1940)] III-2-2
doodskist doodskist: bij familie  du.ətskist (Peer), znd 33, 38;  doedskist (Peer), doeetskist (Peer), kist: niet bij familie  kist (Peer), zerk: znd 33, 38;  zerk (Peer) Doodkist. [ZND 33 (1940)] || Hoe noemt men het houten voorwerp, waarin de dode in het graf wordt gelegd? [Lk 01 (1953)] III-3-3
doodsklok doodsklok: de doeedsklok lauwt (Peer) De klok die geluid wordt na het overlijden en/of bij de begrafenis van iemand [dôdsklok, dódsklok, dödsklok, doeëdsklok?]. [N 96A (1989)] III-3-3
doof doof: hè is zoë doëf as iene pot (Peer) hij is zo doof als... (vertaal en vul aan) [ZND 23 (1937)] III-1-1
doofstom doofstom: doeefstom (Peer), dōēfstom (Peer) Hij is doofstom [ZND 33 (1940)] III-1-1