e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Pey

Overzicht

Gevonden: 1062
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hazelnoot hazenoot: -  essəno:t (Pey) hazelnoot - vrucht (Colylus Avellana L.) [DC 17 (1949)] III-4-3
hazenleger kot: koetsj (Pey), leger: lëger (Pey) Hoe noemt u de vaste ligplaats van een haas (leger, lechter, pot) [N 83 (1981)] III-4-2
heen en weer (bewegen) op en af: op en aa:f (Pey) heen en weer lopen [op en aaf lope] [N 07 (1961)] III-4-4
heermoes kattenstaart: -  kattestèrt (Pey) Equisetum arvense L. [DC 17 (1949)] III-4-3
heggenmus heggenlopertje: hèggeluiperke (Pey), hègkelöjperke (Pey), hèkkeluiperke (Pey), heggenmus: hèggemös (Pey), hegmus: hègkmös (Pey) Hoe heet de heggemusch? [DC 06 (1938)] III-4-1
heibezem heibezem: Zie tekening: links  heibaezem (Pey) bezem (soorten) [DC 15 (1947)] III-2-1
heilaarde, dichte zwarte grond schurftzand: sjurf zantj (Pey) zwarte, ondoordringbare aarde [schurft, heilaarde] [N 81 (1980)] III-4-4
helpen helpen: helpə (Pey) helpen (geen context) [DC 37 (1964)] III-1-4
herfst, najaar herfst: d⁄n hèrchs(t) (Pey) herfst (bamis(tijd), natijd, uitgang) [DC 39 (1965)] III-4-4
herik herik: -  herik (Pey), hi:erik (Pey), hering: -  hairing (Pey) herik (Sinapis arvensis L.) [DC 43 (1968)] || herik (Sinapis arvensis) [DC 17 (1949)] III-4-3