25153 |
ijs (alg.) |
ijs:
ies (L381b Pey, ...
L381b Pey,
L381b Pey),
īs (L381b Pey)
|
ijs [DC 03 (1934)]
III-4-4
|
22756 |
ijsbaan |
slidderbaan:
sliddərbān (L381b Pey)
|
Kinderen maken op de sneeuw of het ijs wel een gladde baan, door er telkens en achter elkaar overheen te glijden. Hoe noemt men deze baan in uw dialect? [DC 44 (1969)]
III-3-2
|
24960 |
inham |
inham:
inham (L381b Pey)
|
inham, in het land inspringend gedeelte van een zee, meer of riveri [inpamp] [N 81 (1980)]
III-4-4
|
21414 |
inktpot |
inktpot:
ènkpot (L381b Pey),
inktstel:
inkstĕllə (L381b Pey)
|
inktpot [DC 14 (1946)]
III-3-1
|
20548 |
jam |
jam:
sjem (L381b Pey, ...
L381b Pey,
L381b Pey),
marmelade:
marməlaadə (L381b Pey)
|
jam; Hoe noemt U: Gelei van met suiker gekookte, fijngemaakte vruchten, om op de boterham te smeren (jam, confiture) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
19039 |
jammer |
zonde:
⁄t is zunj (L381b Pey)
|
jammer [zund] [N 07 (1961)]
III-1-4
|
19927 |
janken |
jammeren:
jaimere (L381b Pey),
janken:
janke (L381b Pey)
|
Hoe noemt u een klagelijk hoog geluid voortbrengen, maar minder luid dan bij 018c (jonkelen, janken, kajiten, kajankelen, jammen) [N 83 (1981)]
III-2-1
|
22435 |
jarig zijn |
jarig zijn:
hae is jäörig (L381b Pey),
hai is joarig (L381b Pey),
hee is jörig (L381b Pey)
|
Hij is morgen jarig. [DC 02 (1932)]
III-3-2
|
18326 |
jasschort |
jasscholk:
jassjölk (L381b Pey),
mantelscholk:
met mouwen
mantelsjolk (L381b Pey)
|
zijn er verschillende namen voor verschillende soorten van deze kledingstukken ? [DC 15 (1947)]
III-1-3
|
20561 |
jenever |
klare:
kloarə (L381b Pey),
oude klare:
aoje klaore (L381b Pey),
schnaps (du.):
sjnaps (L381b Pey),
snaps (L381b Pey)
|
jenever; Hoe noemt U: Sterk alcoholische drank bereid uit moutwijn waaraan bij de distillatie jeneverbessen zijn toegevoegd, die er het aroma aan verlenen (snevel, babbelwater, jandoedel, knevelwas, kwak, sjenevel, jenever, klare, snaps) [N 80 (1980)]
III-2-3
|