e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Pey

Overzicht

Gevonden: 1062
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
klimop klimop: klümop (Pey), wintergroen: wintergrêûn (Pey) De altijdgroene heester die zich door middel van wortels aan de omringende voorwerpen hecht (klimop, veil, klim, ifte, eiloof, klimmerkruid, lier). [N 82 (1981)] III-4-3
klokhuis kits: kĭĕts (Pey) Hoe noemt men het binnenstee van een appel? (klokhuis) [DC 31 (1959)] III-2-3
klomp klomp: hoag klòmpe (Pey), kloĕmp (Pey), kloĕmpə (Pey), klòmp (Pey) Hoe noemt men de hiernaast afgebeelde houten voetbekleedsels ? (klompen) [DC 15 (1947)] || Hoe noemt mn een enkele van deze voetbekleedsels ? [DC 15 (1947)] III-1-3
klompschoen klomp: klòmp (Pey), schoenklomp: sjōnkloĕmpə (Pey) Hoe noemt men deze voetbekleedsels, indien het bovengedeelte op de voet niet van hout, maar van leer is gemaakt ? [DC 15 (1947)] III-1-3
klonteren klonteren: kluntere (Pey), kluntjərə (Pey), klòəntjerə (Pey) klonteren; Hoe noemt U: Tot klonters koken, gezegd van b.v. pap (koeken, klonteren) [N 80 (1980)] III-2-3
klucht klucht: klucht (Pey) Een kort toneelstuk waarin een komisch geval uit het dagelijks leven op grappige wijze wordt behandeld [klucht, knod, stop, grauw]. [N 90 (1982)] III-3-2
kneu heivink: heivink (Pey), heivènk (Pey, ... ) Hoe heet de kneu? [DC 06 (1938)] III-4-1
knie knie: kniej (Pey), knī (Pey) knie [DC 01 (1931)] III-1-1
knieholte hees: hīĕs (Pey), knieholte: kniejhölde (Pey) knieholte [DC 01 (1931)] III-1-1
knikkerkuiltje kot: koet (Pey), kots: koetsj (Pey) Een holletje in de grond, door de kinderen gebruikt bij het knikkeren? [DC 21 (1952)] III-3-2