22660 |
poppenspel |
poppenkast:
poppekast (L381b Pey)
|
De voorstelling waarin de rollen niet gespeeld worden door mensen maar door marionetten [poesjenellespel]. [N 90 (1982)]
III-3-2
|
21141 |
postkoets |
postwagen:
postwage (L381b Pey)
|
een reiswagen in geregelde dienst voor het vervoer van passagiers [postkoets, post, postkaars, diligence] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21006 |
prei |
poor:
paor (L381b Pey),
poar (L381b Pey)
|
[DC 13 (1945)]
I-7
|
22356 |
priktol |
dop:
dop (L381b Pey),
dŏp (L381b Pey)
|
Hoe noemt men een dergelijk stuk speelgoed dat in beweging wordt gebracht met behulp van een touwtje dat er omheen wordt gedraaid? [priktol] [DC 24 (1953)]
III-3-2
|
18927 |
proberen |
proberen:
prōbērə (L381b Pey)
|
proberen: Als hij kans ziet zal hij - je te bedriegen [DC 35 (1963)]
III-1-4
|
17742 |
proeven |
proeven:
preuvə (L381b Pey, ...
L381b Pey),
prèùve (L381b Pey)
|
proeven; Hoe noemt U: Een kleine hoeveelheid voedsel of drank in de mond nemen om te onderzoeken hoe het smaakt (keuren, proeven) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
20506 |
proosten |
klinken:
klinke (L381b Pey),
klinkə (L381b Pey),
proosten:
proostə (L381b Pey)
|
proosten; Hoe noemt U: De glazen tegen elkaar aanstoten als teken dat men elkaar veel goeds toewenst (knutsen, klinken, proosten) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
22310 |
proppenschieter |
knaptoet:
knaptoet (L381b Pey, ...
L381b Pey)
|
Klakkebus (speelgoed gemaakt van vlierehout om proppen mee weg te schieten) [knaptoet, kraaktuut, proppesjeeter, klambös]. [N 06 (1960)]
III-3-2
|
20568 |
pruimen |
pruimen:
proemə (L381b Pey),
prōēme (L381b Pey),
prôemə (L381b Pey)
|
pruimen; Hoe noemt U: Tabak kauwen (pruimen, sikken, sjikken) [N 80 (1980)]
III-2-3
|
20578 |
pruttelen |
lurken:
lurkə (L381b Pey, ...
L381b Pey),
lörke (L381b Pey)
|
Hoe noemt U: Snurkende geluiden maken, gezegd van een pijp (smierken, lurken) [N 80 (1980)]
III-2-3
|