19429 |
afwasborstel |
borsteltje:
bursjtelke (L387p Posterholt)
|
Borstel waarmee potten en pannen gereinigd worden (borstel, schrobbertje) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
19529 |
afwasteil, afwasbak |
spoelbak:
spêûlbak (L387p Posterholt)
|
afwasbak [N 07 (1961)]
III-2-1
|
19655 |
afwaswater |
schotelenwater:
sjuttelewater (L387p Posterholt)
|
Hoe noemt u in uw dialect het water waarin men de vaat doet/gedaan heeft? [N105 (2000)]
III-2-1
|
21682 |
afzetten |
afzetten:
aafzitte (L387p Posterholt)
|
meer laten betalen dan een artikel waard is; te duur doen betalen [strepen, aankomen, strafelen, straffen, stropen, stroefen, scholpen, nijpen, afdrogen, overschatten] [N 89 (1982)]
III-3-1
|
31895 |
afzuiginstallatie |
afzuiginstallatie:
āf˲zø̜jx˱enstǝlāsi (L387p Posterholt)
|
Apparaat waarmee het stof wordt afgevoerd, dat bij het gebruik van de bandschuurmachine vrijkomt. In Bilzen (Q 83) werd het stof in een zak opgevangen. [N 53, 149e]
II-12
|
23648 |
agnus dei |
agnus dei:
anjus deijus (L387p Posterholt)
|
Het (vaste) misgezang dat na het Onze Vader wordt gezongen, het Agnus Dei. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
24648 |
akelei |
akelei:
WLD
akkeleij (L387p Posterholt)
|
Akelei (aquilegia vulgaris 30 tot 80 cm hoog. De stengels groeien rechtop en zijn bovenaan vertakt; de bladeren zijn meestal 3-tallig met brede, diep gekartelde blaadjes; de bloemen zijn groot en hangend, de kroonbladeren zijn trechtervormig, met aan de [N 92 (1982)]
III-4-3
|
33645 |
akker |
akker:
akǝr (L387p Posterholt),
stuk land:
stø̜̄k lanjtj (L387p Posterholt)
|
Met het begrip ɛakkerɛ wordt in dit lemma bedoeld een bepaald begrensd stuk akkerland of bouwland. Veel respondenten uit Belgisch Limburg beschouwen perceel als een notariswoord. De woordtypen tarweland, haverland, bietenland, korenveld en koren duiden op een stuk land waarop een bepaald gewas wordt verbouwd.' [N 27, 2a; N 11, 1b; A 11, 4; A 3, 40; JG 1a, 1b, 1d; L 37, 11b; L 19b, 1a; Vld.; monogr.]
I-8
|
24617 |
akkerboterbloem |
boterbloem:
-
bòtterbloom (L387p Posterholt),
WLD
bòòterbloom (L387p Posterholt),
WLD = boterbloem
bòòterbloom (L387p Posterholt, ...
L387p Posterholt)
|
Akkerboterbloem (ranunculus arvensis 20 tot 60 cm hoog. De bladeren zijn meestal 3-delig, de bovenste 3-tallig met gesteelde, smalle blaadjes; bloemen met ronde steeltjes, lichtgeel van kleur; de kelkbladeren zijn niet teruggeslagen; de vruchten zijn me [N 92 (1982)] || boterbloem [N 92 (1982)]
III-4-3
|
24866 |
akkerdistel, distel |
distel:
-
distel (L387p Posterholt),
WLD
distel (L387p Posterholt),
WLD = akkerdistel
distel (L387p Posterholt),
WLD =akkerdistel
distel (L387p Posterholt)
|
akkerdistel [N 92 (1982)] || Akkerdistel (cirsium arvense 50 tot 150 cm groot. De plant is tweehuizig; de stengel zonder - of met smalle, stekelige vleugels; de bladeren zijn lancetvormig, meestal ingesneden, stekelig getand, vaak iets aflopend, de bloemen staan in kleine hoofdjes, [N 92 (1982)] || distel (Carduus) [DC 69 (1994)]
III-4-3
|