22765 |
sint-maartensvuur |
sint-maartenshoop:
sint méérteshaof (L387p Posterholt),
sint-maartensvuur:
Sub SINT-MAARTEN.
Sint-Maertesvuur (L387p Posterholt)
|
[Sint-Maartensvuur]. || Het vuur dat op St. Maarten wordt ontstoken, Sint Maartensvuur. [N 96C (1989)]
III-3-2, III-3-3
|
23809 |
sint-marcusprocessie |
marcusprocessie (<lat.):
marcusprosesse (L387p Posterholt)
|
De bidprocessie die op die dag wordt gehouden, St. Marcusprocessie. [N 96C (1989)]
III-3-3
|
24114 |
sint-vincentiusvereniging |
sint-vincentius:
sint vincentius (L387p Posterholt)
|
De vereniging voor bezoek van thuiszittende armen en ondersteuning daarvan (St. Vincentius). [N 96D (1989)]
III-3-3
|
19420 |
sintel |
sintel:
sintel (L387p Posterholt),
sintjels (L387p Posterholt)
|
Geheel of halfuitgebrand samengesmolten stuk steenkool (sintel, singel, slak) [N 79 (1979)] || Hoe noemt u datgene dat uit de kachel komt en dat nog kan branden nadat de as eruit gezeefd is (van steenkool)? (bluskool, sintel, kooltjes, krikken) [N 104 (2000)]
III-2-1
|
22703 |
sinterklaas |
sinterklaas:
sinterklaos (L387p Posterholt),
Sinterklaos (L387p Posterholt)
|
6 december, Sint Nicolaas, Sinterklaas [tsinterkloaës]. [N 96C (1989)] || Sinterklaas.
III-3-2
|
19065 |
sip (kijken) |
sneu kijken:
ps. deels omgespeld volgens Frings.
snø͂ͅe} kieke (L387p Posterholt)
|
sip kijken [SGV (1914)]
III-1-4
|
25047 |
sissen |
sissen:
sissen (L387p Posterholt)
|
een scherp geluid voortbrengen door lucht of damp met kracht uit een nauwe opening te doen stromen [sissen, tissen] [N 91 (1982)]
III-4-4
|
33587 |
sjalot |
sjarlot:
WLD
sjarlotte (L387p Posterholt)
|
Een sjalot, een soort van kleine ui (sjalot, sjarlot, schaloeneke). [N 82 (1981)]
I-7
|
21143 |
sjees |
sjees:
šēs (L387p Posterholt),
sjees (<fr.):
sjees (L387p Posterholt)
|
een licht, hoog tweewielig rijtuig met een kap [sjees] [N 90 (1982)] || Licht en hoog tweewielig rijtuigje voor twee personen met een verstelbare kap. Er is geen aparte bok voor de koetsier. De sjees was voor rijke boeren vaak het voertuig waarmee ze onder meer naar de kerk of naar de stad gingen. De sjees is het bekendste tweewielige rijtuig, vandaar dat de benaming "sjees" ook wel vermeld werd als naam voor het tweewielig rijtuig in het algemeen. [N 17, 5; N 101, 1, 3, 4, 8, 15; N G, 51; L 1a-m; L 36, 70; S 18, 30; monogr]
I-13, III-3-1
|
18686 |
sjerp |
sjerp:
sjerp (L387p Posterholt)
|
sjerp, brede sierband met strik, gedragen om het middel of over een schouder [N 23 (1964)]
III-1-3
|