e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Posterholt

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
spelen (alg.) spelen: sjpeehle (Posterholt), sjpeele (Posterholt), sjpele (Posterholt) spelen [GTRP (1980-1995)], [SGV (1914)] || Spelen. III-3-2
spelletje partij: partie (Posterholt), potje: pøͅtsjə (Posterholt), spelletje: Sub SPEL.  sjpelke (Posterholt) [Spelletje]. || Het spelen van een spel door twee of meer personen [partijtje, potje, spelletje]. [N 88 (1982)] III-3-2
spelt spelt: spɛlt (Posterholt) Triticum spelta L. Een soort van grove tarwe die ook op schrale grond gedijt. Het is in Limburg weinig bekend. De opgave spang, afkomstig uit het materiaal Willems, is hier wel opgegeven vanwege associatie met "speld". [Wi 52; monogr.; add. uit JG 1b; L 39, 15] I-4
spenen spenen: spēnǝ (Posterholt) Het veulen het zuigen ontwennen. [JG 1a, 1b; N 8, 59] I-9
sperma sperma: sjperma (Posterholt), zaad: zaod (Posterholt) Sperma: het mannelijk zaad (foeter, natuur, sperma). [N 84 (1981)] III-1-1
sperziebonen prinsessenbonen: WLD  prinsesseboon (Posterholt) De gewone boon met gezwollen zaden, prinsesseboon,sperzieboon, (slaboon, kereboon, herenboon, boterboon, prinses, suikerboon). [N 82 (1981)] I-7
spetteren sudderen: suddere (Posterholt) sudderen; Hoe noemt U: Knetteren van de boter in de pan bij verhitting (snerken, sudderen) [N 80 (1980)] III-2-3
speun bovenscharnier: bǭvǝšǝrnēr (Posterholt), onderscharnier: ø̜ŋǝršǝrnēr (Posterholt) Soort scharnier voor kleine deuren. De speun bestaat uit een plaatje met kleine stift dat op de boven- en onderkant van kleine deuren, bijvoorbeeld van kasten, wordt aangebracht. In de omtimmering daartegenover wordt een vergelijkbaar plaatje met gat geschroefd waarin de stift van de speun kan worden gestoken. [N 54, 91; monogr.] II-9
speunmal fitsenmal: fetsǝmal (Posterholt) Mal waarmee speunen op de zijkant van een deur kunnen worden afgeschreven. Een speun is een soort scharnier die vooral bij kleine deuren wordt aangebracht. Zie ook afb. 106 en het lemma ɛspeunɛ in Wld II.9, pag. 138. Het werken met de speunmal werd in L 387 afkruisen (āfkrȳtsǝ) genoemd.' [N 53, 196b] II-12
spiegel spiegel: sjpeegel (Posterholt), špēgǝl (Posterholt) Elk van de door de dwars- en spiegelklampen omlijste vakken. [N 55, 23e] || spiegel [SGV (1914)] II-9, III-2-1