e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q032a plaats=Puth

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
poffertje pofferd: poefert (Puth) Poffertje [N 16 (1962)] III-2-3
pofmouw pofmouw: poefmoe (Puth) pofmouw van jurk of blouse [N 23 (1964)] III-1-3
poken ragelen: rōͅxələ (Puth) poken [SGV (1914)] III-2-1
pollepel potlepel: potlêêpel (Puth), soeplepel: soplêêpel (Puth) lepel, metalen ~; inventarisatie benamingen; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)] III-2-1
pols pols: pols (Puth, ... ) pols [DC 01 (1931)] III-1-1
polsmof stomp: sjtomp (Puth) polsmof, kort gebreid kledingstuk ter verwarming van pols en hand [sjtoek, polsmof, handmufke, armmufke, molleke, moefke] [N 23 (1964)] III-1-3
pommelee, appelschimmel appelschimmel: apǝlšømǝl (Puth) Paard met ronde, glanzende plekken in de vorm van appels in het haarkleed, van binnen wit en van buiten zwart. De afwisseling van zwarte en witte haren vormt een cirkelvormig patroon, vooral op de schouders en het kruis. [JG 1a, 1b; N 8, 63c, 63d en 63e] I-9
pompon van een muts floche (fr.): flōēs (Puth) pluim van een muts [floes] [N 25 (1964)] III-1-3
pook ragelijzer: rōͅxəlīzər (Puth) pook [SGV (1914)] III-2-1
poort poort: pōǝrt (Puth), pǭrt (Puth) Opgenomen zijn de benamingen die de poort in het algemeen. Zie ook de lemmata "stalpoort, staldeur" (2.1.3) en "schuurpoort" (3.1.2). Zie de afbeeldingen 22, (a) ronde poort; 23, (b) rechthoekige poort; en 24, (c) details van de poort. In de toegevoegde klankkaart zijn de lengte van klinker en de gevallen van pseudo-klankverschuiving van de slot-t aangegeven. Zie afbeelding 18. [N 7, 48a; JG 1a, 1b; A 10, 7a en 7b; L A2, 286; L 5, 56; L 12, 5; R (s] I-6