e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Rekem

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
iemand iets verwijten verwijten: ɛinə vərwitə (Rekem) iemand verwijten [ZND B1 (1940sq)] III-1-4
iemand ontslaan (iemand) afdanken: āfdaŋkǝn (Rekem  [(Eisden / Zwartberg)]   [Zolder]) Formaliteit waarmee de werkgever beduidt dat hij de werkovereenkomst als beēindigd beschouwt. [N 95, 998; N 95, 999; Vwo 34] II-5
iemand prijzen bestuiten: bəsty(3)tə (Rekem) iemand prijzen of loven [ZND B1 (1940sq)] III-1-4
iemand uitschelden get maken: chetmaken (Rekem) Op iem. schelden, iem. uitschelden. Geef de gemeenzame uitdrukkingen op en zet tussen twee haakjes welke als "gemeen"of "plat"beschouwd worden. [ZND 34 (1940)] III-1-4
iemands overlijden aanzeggen ter lijke bidden: znd 32, 71;  ter lieke beiən (Rekem), tər lĭĕkə bééjə (Rekem) de buren en kennissen op iemands begrafenis uitnodigen [ZND 32 (1939)] III-2-2
ijlen dollen: dulle (Rekem), koorts hebben: koors hebben (Rekem) Ijlen: door koorts verward, onsamenhangend spreken (ijlen, bazelen, raaskallen, baageren, dolen). [N 107 (2001)] III-1-2
ijsbaan kei: kej (Rekem) Een slierbaan (glijbaan op het ijs). [ZND 06 (1924)] III-3-2
ijsberen gejaagd zijn: gejaagd zijn (Rekem) Zenuwachtig heen en weer lopen (drentelen, ijsberen, gejaagd). [N 109 (2001)] III-1-2
ijsmuts ijsmuts: īsməts (Rekem) ijsmuts [N 25 (1964)] III-1-3
ijspegel ijspiel: iespelen  īəspelə (mv.) (Rekem) ijspegels aan het dak of aan de vensterbanken [ijskeekels, -pinnen, -kikkels, kakels] [N 22 (1963)] III-4-4