e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Remersdaal

Overzicht

Gevonden: 543
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lied, liedje lied: lieët (Remersdaal), liët (Remersdaal), liedje: lieëtche (Remersdaal), liëtche (Remersdaal) Een lied, een liedje. [ZND 30 (1939)] III-3-2
lies vouw: vow (Remersdaal) de lies (plooi van de dij) [ZND 30 (1939)] III-1-1
lijkbidder dodenbedener: znd 1 a-m; znd 30, 25;  doeëdebènər (Remersdaal, ... ), lijkbedener: znd 1 a-m; znd 30, 25;  likbéénər (Remersdaal, ... ) lijkbidder [ZND 30 (1939)] || lijkbidder (fr. croquemort) [ZND 01 (1922)] III-2-2
liniaal regel: ’ne rĕ:gel (Remersdaal), rijhout: riëhoòt (Remersdaal) Een liniaal (om rechte lijnen te trekken). [ZND 30 (1939)] III-3-1
linkerkant van het paard naremekant: nø̜rǝmǝkant (Remersdaal  [(nareme: naar de man)]  ) Kant waar de voerman het paard leidt. [N 8, 9 en 10] I-9
lip lip: lĕ:pə (Remersdaal), lépe (Remersdaal) rode lippen [ZND 30 (1939)] III-1-1
lis (alg.) luus: leuche (Remersdaal), leuiche (Remersdaal) lis [ZND 29 (1938)] III-4-3
litteken litteken: leettëken (Remersdaal) Als een wond of zweer is genezen, blijt de plaats ervan meestal zichtbaar. die plek noemt men dan een .... (Nederl. litteken). [ZND 49 (1958)] III-1-2
lomp paard karhengst: karhēŋst (Remersdaal) [JG 1a; N 8, 62h] I-9
loop van een geweer loop: der l"p (Remersdaal), der leup van e gewèer (Remersdaal) De loop van een geweer [ZND 30 (1939)] III-3-1