e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Reuver

Overzicht

Gevonden: 5384
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
armsgatuitsnijding armsgat: ɛrms˲gāt (Reuver) De uitsnijding voor de mouw bij het colbert. [N 59, 101a] II-7
armvol armvol: eine helver hui: (Reuver), elvər (Reuver), hɛlvǝr (Reuver) armvol hooi [ennen erval hoj] [N 07 (1961)] || de hoeveelheid die men met de armen kan omvatten [armvol, elver, ervel, speet] [N 91 (1982)] || De hoeveelheid stro of aren die men in de armen kan vasthouden. Zie ook het lemma ''handvol hooi'' (5.1.4) in aflevering I.3. [N 7, 58; L 1, a-m; L 1u, 8; L A1, 88; Wi 51; monogr.] I-4, III-4-4
arresteren aanhouden: aanhaaje (Reuver) iemand in hechtenis nemen [bekommeren, arresteren] [N 90 (1982)] III-3-1
asgat assegat: asǝgāt (Reuver) Het gat dat toegang geeft tot de ruimte onder het rooster van de stookplaats in een vlamoven. [monogr.] II-8
askruisje assekruisje: assekruutske (Reuver, ... ) Het Askruisje [assekrüske, esjekruuts]. [N 96C (1989)] III-3-3
asperge sperge: špɛrjǝ (Reuver) Asparagus officinalis L. Een tot 2 meter hoge plant met naaldvormige takjes en rode bessen, die op zandgronden groeit en om de jonge, ondergrondse spruiten als groente wordt geteeld in aspergebedden. [N Q, 7; monogr.] I-5
asperges me asperges me: asperges me (Reuver, ... ) Het gezang dat voorafgaand aan de hoogmis gezongen wordt onder de besprenkeling met wijwater: "Asperges me...."of "Vidi aquam...."(in de Paastijd). [N 96B (1989)] III-3-3
aswoensdag asgoensdag: asgoonsdig (Reuver, ... ), asgōnsdig (Reuver) Aschwoensdag [SGV (1914)] || Aswoensdag, de eerste dag van de grote vasten [ésjermitwoch, aesjergoonsdiech, esjelegoonsdich]. [N 96C (1989)] III-3-3
atelier fabriek: febriek (Reuver), werkplaats: werkplaats (Reuver), werəkplaats (Reuver) de ruimte, ingericht om er te werken met gereedschappen en/of machines [atelier, werkplaats] [N 89 (1982)] III-3-1
augurk komkommertje: komkummerkes (Reuver), WBD / WLD  kômkummerkə (Reuver) Een soort van kleine komkommer die vaak in azijn wordt ingemaakt; een augurk (canichon, augurk). [N 82 (1981)] I-7