e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Reuver

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kleine hoeveelheid eten greumeltje: Nieuwe [spelling]  gruumelke (Reuver) Welk woord kent u voor een zeer kleine hoeveelheid eten (een brusselke, een kriemelke?) [N 16 (1962)] III-2-3
kleingeld kleingeld: kleigeld (Reuver), klein geld (Reuver) Klein geld [pasgeld, snuistergeld?] [N 21 (1963)] || kleingeld [SGV (1914)] III-3-1
kleinkinderen kleinkind: kleikintj (Reuver), kleinkinjt (Reuver) kleinkind [SGV (1914)] || kleinkind, kleinkinderen [DC 05 (1937)] III-2-2
kleinwerk klein werk: klęjn wɛrk (Reuver) Het werk dat bestaat uit het maken van kleine kledingstukken. [N 59, 194a] II-7
kleinzoon kleinzoon: kleinzoon (Reuver) kleinzoon [DC 05 (1937)] III-2-2
kleiput kleiberg: klęjbɛrǝx (Reuver), leemkuil: lēmkūl (Reuver) Winningsplaats van klei die wordt gebruikt bij de vervaardiging van dakpannen. Zie ook de lemmata ɛpotaardeɛ en ɛdakpannenkleiɛ. Een aantal opgaven is mogelijk ook van toepassing op de plaats waar potaarde werd gestoken. Zie ook afb. 31.' [monogr.] II-8
kleischop schupje: šypkǝ (Reuver) Doorgaans van hout vervaardigde schop waarmee men de klei stak en op het transportmiddel schepte. Zie ook de toelichting bij het lemma ɛsteekschop voor kleiɛ.' [monogr.] II-8
kleisteker kleisteker: klęjštē̜kǝr (Reuver) Arbeider die de klei voor bakstenen, dakpannen en greswaren steekt en in voorkomende gevallen ook op het vervoermiddel laadt. [N 98, 28; monogr.] II-8
klembeugel van een kolomboormachine klemkop: klɛmkǫp (Reuver) Elk van de verstelbare beugels waarmee het werkstuk op de boortafel van een kolomboormachine wordt vastgezet. [N 33, 161] II-11
klembus kleine ring: klęjnǝ reŋk (Reuver) Bus waarmee de binnenring van een kogellager op de as wordt geklemd. [N 33, 231] II-11