e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q175p plaats=Riemst

Overzicht

Gevonden: 1310
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
inspannen inspannen: espanǝ (Riemst) Het opgetuigde paard voor een kar met berries spannen. Men plaatst het tussen de berries, waaraan de draagriem, de brede buikriem, en de strengen worden vastgemaakt. Voor andere voer- en landbouwwerktuigen wordt het paard niet in- maar aangespannen. De term inspannen werd echter ook enkele keren in de hier behandelde betekenis opgegeven. [JG 1b; N 8, 98a; RND 74] I-10
jong dat pas kan vliegen pieper: pīpər (Riemst) Vlugjong. [Goossens 1b (1960)] III-3-2
jong dat pluimen begint te krijgen duivelspluimen: dy(3)̄.vəlsplu.mə (Riemst) Jong dat pluimen begint te krijgen. [Goossens 1b (1960)] III-3-2
jong varken bag: báx (Riemst), baggen (mv.): bage (Riemst), bagje: bɛkskǝ (Riemst) Jong varken in het algemeen. [N 19, 3; N C, add.; L 1a-m; L 3, 2b; L 37, 49a; NE I.12; NE 2.I.9; JG 1a, 1b, 2c; AGV KI; S 3; RND 46 en 84; Vld.; Wi 51; Gwn 5, 12; monogr.] I-12
jonge kip pul: pɛl (Riemst) Bedoeld wordt de jonge kip die bijna aan de leg is of net legt. [N 19, 40d; R 14, 23b; R 3, 39; A6, 1b; JG 1a, 1b; L 1a-m; Gwn; Vld.; S 27, add.; monogr.] I-12
jongen jong: joong (Riemst, ... ) jongen (knaap) [ZND 01 (1922)] || jongen; een lamme - [ZND 29 (1938)] III-2-2
jurk kleed: e blaw klēēd (Riemst), een blauw kleëd (Riemst) blauw kleed [ZND 32 (1939)] III-1-3
juweel juweel: Mv.  juwele (Riemst) Juweel. Een geslepen edelsteen die als sieraad dient [juweel, edelsteen, bijou, bagge] [N 114 (2002)] III-1-3
kaal duivenjong kakjong: kachjo.ŋk (Riemst) Kaal duivejong. [Goossens 1b (1960)] III-3-2
kaantjes krapjes: krɛpkəs (Riemst), krappen: krábə (Riemst) kanen [Goossens 1b (1960)] III-2-3