e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Rijkhoven

Overzicht

Gevonden: 1758
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
kortmeel kort: kǫt (Rijkhoven) Het op één na grofste produkt dat tijdens het builen wordt gescheiden. In volgorde van fijn naar grof is kortmeel grover dan kriel en fijner dan zemelen. Zie ook de toelichting bij de lemmata ɛbloemɛ, ɛboultéɛ, ɛkrielɛ en ɛzemelenɛ.' [JG 1a; JG 1b; Vds 249; Jan 244; Coe 221; Grof 248; N O, 38e] II-3
kortwieken afsnijden: afsnē̜n (Rijkhoven), au̯fsnē̜n (Rijkhoven), inkorten: ēnkotǝ (Rijkhoven), kortwieken: kotwikǝn (Rijkhoven) Men kort de vleugels van een kip, opdat ze niet kan wegvliegen. Een object ''kip'' of ''vleugels'' is niet gedocumenteerd. [N 19, 53; S 19; L 28, 35; L 1a-m; monogr.] I-12
koster koster: de keuster (Rijkhoven), köstər (Rijkhoven) koster [RND] || Koster. [ZND 37 (1941)] III-3-3
kostganger kostganger: kosgenger (Rijkhoven), kostgenger (Rijkhoven) een kostganger (die bij anderen inwoont) [ZND 28 (1938)] III-3-1
kotelet, ribstuk karbonade: kárəmənōͅtə (Rijkhoven), kotelet: koͅrtleͅtə (Rijkhoven) karbonaden [Goossens 1b (1960)] || koteletten [Goossens 1b (1960)] III-2-3
koude drukte maken stoefen: stoefen jeuver n zoak (Rijkhoven) veel beslag, ophef maken over een zaak [ZND 32 (1939)] III-1-4
kous: algemeen hoos: wōͅs (Rijkhoven), kous: koos (Rijkhoven) Kous. Wat is de juiste uitspraak van kous (beenbekleding) ? [ZND 47 (1950)] III-1-3
kouter kouteren: kō.tǝrǝn (Rijkhoven) Het lange smalle mes dat (achter de voorschaar) aan de ploegboom is bevestigd en dat bij het ploegen de voor vertikaal afsnijdt. [N 11, 31.I.c; N 11A, 85b; JG 1a + 1b; A 26, 4a; L 1 a-m; L 28, 40; Lu 4, 4a; S 19; monogr.] I-1
kraag kraag: kroog (Rijkhoven), kroug (Rijkhoven) kraag [ZND 28 (1938)] III-1-3
kraaltjes pareltjes: pioͅləkəs (Rijkhoven) kraaltjes [RND] III-3-2