e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=L329p plaats=Roermond

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
ijsheiligen ijsheiligen: iesheilige (Roermond) 12-14 mei, de ijsheiligen [ieshillieje]. [N 96C (1989)] III-3-3
ijsje ijswafeltje: ieswäöfelke (Roermond) ijswafeltje III-2-3
ijsmuts ijsmuts: iesmöts (Roermond, ... ), iesmùts (Roermond), Ss. sub ijs. Zie ook afb. p. 111.  iesmöts (Roermond) [ijsmuts] || ijsmuts [N 25 (1964)] || muts van wol (gebreid) voor kinderen [N 25 (1964)] || muts, wollen spits toelopende ~ met pluim of kwast [N 25 (1964)] III-1-3
ijspegel ijskegel: ieskaegels (mv.) (Roermond), ieskeigels (mv.) (Roermond), ijspegel: iepegels (mv.) (Roermond), iespegels (mv.) (Roermond, ... ), ijspin: ijspinnen (mv.) (Roermond) ijspegels aan het dak of aan de vensterbanken [ijskeekels, -pinnen, -kikkels, kakels] [N 22 (1963)] III-4-4
ijsvogel ijshop: ieshop (Roermond) ijsvogel III-4-1
ijver ijver: iever (Roermond, ... ), ievər (Roermond), vlijt: vlīēt (Roermond) toewijding aan zijn werk [ijver, iever] [N 85 (1981)] || vlijt III-1-4
ijverig ijverig: ieferig (Roermond), ieverig (Roermond, ... ), ievərig (Roermond), vlijtig: flīētig (Roermond) ijverig || met ijver vervuld [ijverig, nijver, nijverig, noest, vlijtig, grif] [N 85 (1981)] || vlijtig III-1-4
ijzel, bevroren neerslag ijzel: iesel (Roermond), iezel (Roermond, ... ), iēsel (Roermond), ijzel (Roermond, ... ), īēsel (Roermond) ijzel || ijzel, onderkoelde regen waarvan de straten spiegelglad worden [heezel, hijzel] [N 22 (1963)] III-4-4
ijzelen ijzelen: iezele (Roermond, ... ), iēsele (Roermond), ijzele (Roermond), ijzelen (Roermond), īēsele (Roermond), īēzele (Roermond) ijzelen [N 22 (1963)] || ijzelen, bevriezen van neerslag III-4-4
ijzen griezelen: griezele (Roermond), rijeren: riejere (Roermond), schuiveren: sjoevərə (Roermond) vervuld worden van afgrijzen, iets heel erg afschuwelijk vinden [ijzen, schruwen, grijzelen, grillen] [N 85 (1981)] III-1-4