22446 |
periode van de ijsheiligen |
ijsheiligen:
iesheilige (L329p Roermond, ...
L329p Roermond,
L329p Roermond)
|
De periode van de ijsheiligen, 11-14 mei; op deze dagen kan het zeer koud zijn. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
17911 |
persen |
persen:
persen (L329p Roermond)
|
Het maken van uitdrijvende bewegingen, gezegd van de koe die gaat kalven. [N 3A, 47]
I-11
|
28656 |
pershoning |
pershoning:
pɛrshōneŋ (L329p Roermond)
|
Honing die men verkrijgt door de raten te persen, zodat de honing eruit loopt. Na verwijdering van de blanke, gave stukken raathoning doet men de onregelmatige stukken honingraat, nog niet verzegelde honing, open en gesloten broed, stuifmeelraten, grof werk, moerdoppen, dode bijen en ander afval in zakken van kaasdoek. Deze legt men in de honingpers, waarin ze onder grote druk de nog resterende honing prijs geven (De Roever, pag. 167). Deze geperste honing blijft echter na zeven en klaren toch een produkt van mindere kwaliteit. [N 63, 116b; N 63, 115d; N 63, 115c; JG 1a; monogr.]
II-6
|
28677 |
perslatwerk |
horde:
hōrt (L329p Roermond)
|
Laddervormig latwerk dat over een kuip of ton gelegd wordt. Met de hand drukt de imker de perszak op dit latwerk, opdat de honing eruit kan vloeien. [N 63, 122d]
II-6
|
19229 |
persoon met een lastig karakter |
lastige, een -:
Vraag 383 is dubbel (dus 2 x 97 moet nog worden opgesplitst in twee lemmata: "persoon met een lastig karakter"; "een niet gemakkelijk, lastig karakter hebbend
lestige (L329p Roermond),
netenkruid:
Vraag 383 is dubbel (dus 2 x 97 moet nog worden opgesplitst in twee lemmata: "persoon met een lastig karakter"; "een niet gemakkelijk, lastig karakter hebbend
netekroet (L329p Roermond),
neutelijke, een -:
Vraag 383 is dubbel (dus 2 x 97 moet nog worden opgesplitst in twee lemmata: "persoon met een lastig karakter"; "een niet gemakkelijk, lastig karakter hebbend
nēūtəlikkə (L329p Roermond)
|
een lastig moeilijk karakter hebbend [niepoter, nietprut, kummelij] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
31628 |
perspomp |
perspomp:
pɛrspomp (L329p Roermond)
|
Pomp met zuiger en slot om vloeistoffen op te pompen. Ook bij dit type pomp wordt de zuiger met behulp van een pompzwengel in beweging gebracht. Belangrijkste verschil met de zuigpomp is dat in de zuiger van de perspomp geen klep is gemonteerd. Aan de zijkant van de perspomp is een verticale buis, de stijgbuis, bevestigd waarin aan de onderzijde een pompslot is aangebracht. Zie ook afb. 237. [N 64, 133c; N 66, 49c]
II-11
|
28676 |
perszak |
perszak:
perszak (L329p Roermond)
|
Poreuze zak van onder meer kaasdoek gemaakt, waarin de ruwe honing wordt verzameld. Men legt deze zak in de honingpers. Onder de druk van de pers komt de honing naar buiten. Wat er uiteindelijk in de perszak overblijft, heeft slechts nog waarde als bemesting. [N 63, 122b; N 63, 122c; monogr.]
II-6
|
33566 |
perzik |
merketon:
grote gele perzik
me:rketó:n (L329p Roermond),
peers:
pee:rs (L329p Roermond)
|
perzik || perzik, soort
I-7
|
22556 |
pesten (kaartspel) |
pesten:
peste (L329p Roermond)
|
Namen [en beschrijving] van diverse kaartspelen zoals: [bonken, eenentwintigen, hoogjassen, kajoeteren, klaverjassen, kwetten, kruisjassen, liegen, pandoeren, petoeten, schuppemiejen, smousjassen, tikken, toepen, wijveren, zwartebetten, zwartepieten, zwik [N 88 (1982)]
III-3-2
|
19139 |
pesterij |
temptatie:
tamptatie (L329p Roermond),
temptaatie (L329p Roermond),
temptasie (L329p Roermond),
temtasie (L329p Roermond)
|
het kwellen [plaag, temptatie] [N 85 (1981)]
III-1-4
|