e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Roggel

Overzicht

Gevonden: 2002
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
zwarte roodstaart roodstaart: rôêtstèrt (Roggel) zwarte roodstaart III-4-1
zwartmaken zwartmaken: šwartmākǝ (Roggel) Het insmeren van bepaalde delen van het schoeisel met zwartsel. [N 60, 132c] II-10
zwartsel zwartsel: šwartsǝl (Roggel) Vocht waarmee men bepaalde delen van de schoen zwart maakt. Volgens de informant van L 267 wordt deze verfstof samengesteld uit roet, water en was, vooral bijenwas. De informant van K 278 vermeldt nog "olie" als ingredi√´nt. [N 60, 132a] II-10
zwavelx zwagel: zwègel (Roggel) zwavel [DC 02 (1932)] III-4-4
zweep smik: smek (Roggel) Voorwerp om het paard aan te drijven, bestaande uit een steel (cf. lemma Steel) en een snoer (cf. lemma Snoer). [JG 1a, 1b, 2b, 2c; L 8, 141; L 14, 31; L B2, 244; N 13, 94; S 47; Wi 5, 10; monogr.] I-10
zwellen van de uier (ze is aan het) uieren: ȳǝrǝ (Roggel) [N 8, 51] I-9
zwemmen zwemmen: zwume (Roggel), zwömə (Roggel) zwemmen [GTRP (1980-1995)], [RND] III-3-2
zwenghout, spoorstok schei: šęi̯ (Roggel), trekschei: trękšęi̯ (Roggel) Het dwarshout waaraan van voren de strengen of trekkettingen van het paard bevestigd zijn en dat van achteren aan een akkerwerktuig (ploeg, eg, e.d.) gekoppeld is. Zie afb. 98. [JG 1b + 1c + 1d + 2c; JG 2b-4, 3; N 11, 34a; N 11A, 103 + 103e; N 17, 69a add.; L 34, 11 add.; L 49, 26 add.; A 30, 26 add.; G 1, 26 add.; div.; monogr.] I-2
zwerm zwerm: zwɛrm (Roggel) Het geheel van bijen met koningin dat de korf of kast verlaat. Een zwerm bestaat doorgaans uit een koningin, 10- tot 20-duizend werkbijen en een paar honderd darren. Zij zullen een nieuwe woning gaan zoeken. [N 63, 29d; S 3; L 1a-m; JG 1a+1b; Ge 37, 100; A 9, 6; monogr.] II-6
zwikblok, werkblok zwikblok: žwekblǫk (Roggel) Een verstelbaar ijzeren apparaat op een paal waarop de schoen bewerkt wordt. Daartoe is in de leest een opening, waarin het uiteinde van de ene arm van het blok past; de punt van de schoen rust op de andere arm, terwijl dan met een schroef de beide armen worden vastgezet, waardoor de schoen tevens vaststaat. Het werk aan het blok was het begin van de industri√´le schoenmakerij (Liedmeier, pag. 30). [N 60, 158a] II-10