e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Roggel

Overzicht

Gevonden: 2002
BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
hakspijker rivet: (mv)  rǝvęts (Roggel) Eén van de spijkertjes die men gebruikt bij het maken van de hak. [N 60, 200e; N 60, 235b; N 60, 235; N 60, 200a; N 60, 202c] II-10
haktip slijtkant: šlītkanjtj (Roggel) Het achterste gedeelte van de hak, waar men soms ijzertjes op zet. [N 60, 170a; N 60, 170b] II-10
haktip [wld ii.10, p. 37] slijtkant: sjlīētkanjt (Roggel) Het achterste gedeelte van de hak waar men wel ijzertjes opzette? (tip?) [N 60 (1973)] III-1-3
half- of stiefbroer halve broer: halve broor (Roggel) half- of stiefbroeder [DC 05 (1937)] III-2-2
half- of stiefzuster halfzuster: halfzuster (Roggel) half- of stiefzuster [DC 05 (1937)] III-2-2
halfmis halfmis: halfmes (Roggel) Het moment waarop de mis op de helft is, wat de duur betreft [halfmis, hauvermès?]. [N 96B (1989)] III-3-3
hals hals: hàls (Roggel), leer uit de hals: lę̄r ūt dǝ hals (Roggel), nekleer: nɛklę̄r (Roggel) hals [DC 01 (1931)] || Het gedeelte van de huid dat de hals bedekt. Zie afb. 1. [N 36, 4; N 60, 3f; N 60, 3g, N 60, 247] II-10, III-1-1
hand hand: hàndj (Roggel) hand [DC 01 (1931)] III-1-1
handleer handleer: hanjtjlę̄r (Roggel) Stuk leer in de vorm van een handschoen zonder vingerstukken, gebruikt bij zwaar werk ter bescherming van de hand. [N 60, 220b] II-10
handrol, tuinrol kleine wel: klęi̯n wɛl (Roggel) Een kleine rol voor gebruik in de tuin of op een klein perceel; deze rol wordt door een persoon voortgetrokken aan een touw dat op twee plaatsen aan het raam bevestigd is, of aan een met het raam verbonden steel met handgreep. Zie de afb. 85 en 86. [JG 1a; N 11A, 186a; A 40, 9f; div.] I-2