e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q093p plaats=Rosmeer

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
lip lip: lip (Rosmeer), lippe (Rosmeer, ... ) lip [ZND 01 (1922)] || rode lippen [ZND 30 (1939)] III-1-1
lis (alg.) lis: lesch (Rosmeer) lis [ZND 29 (1938)] III-4-3
litteken litteken: littëeke (Rosmeer) litteken [ZND 01 (1922)] III-1-2
loeien van de koe in het algemeen keken: kękǝ (Rosmeer) [N 3A, 5a; JG 1a, 1b; Gwn V, 8; Wi 57; monogr.] I-11
loeien van de koe tegen melkenstijd grommelen: grommelen (Rosmeer) In N 3A, 5b is gevraagd naar "Hoe noemt men het loeien van de koe tegen melkenstijd?". De antwoorden van de respondenten komen in grote mate overeen met die op de vraag naar 'het loeien van de koe in het algemeen" (zie lemma 6.1, "loeien van de koe in het algemeen'). Woordtypen die niet in dat lemma voorkomen, maar wel in dit lemma zijn: [N 3A, 5c] I-11
loeien van de koe van honger grommelen: grommelen (Rosmeer) In N 3A, 5b is gevraagd naar "Hoe noemt men het loeien van de koe van honger?". De antwoorden van de respondenten komen in grote mate overeen met die op de vraag naar 'het loeien van de koe in het algemeen" (zie lemma 6.1, "loeien van de koe in het algemeen'). Woordtypen die niet in dat lemma voorkomen, maar wel in dit lemma zijn: [N 3A, 5d] I-11
loeien van de koe van pijn jammeren: jēmǝrǝ (Rosmeer) [N 3A, 5e] I-11
long long: long (Rosmeer) long [ZND 01 (1922)] III-1-1
longen longen: loŋǝ (Rosmeer) De longen of de long van het grootvee in het algemeen. [N 28, 88b] I-11
looi looi: lōj (Rosmeer) Looistof. Fijngemalen eikebast of run waarmee men leer bewerkt. [S; L 1a-m] II-10