e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q093p plaats=Rosmeer

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
naaf dom: dǫm (Rosmeer) De ronde blok in het midden van het wiel waardoor de as steekt en dat met de velg verbonden is via de spaken. Ter versterking worden er naafbanden rond aangebracht. Zie ook de lemmata middennaafbanden, muilband en achternaafband in II.11. [N 17, 58, 40, 50b; N G, 43; JG 1a; JG 1b; JG 2b; JG 2c; L 20, 20a; L 39, 21; A 4, 20a; monogr.] I-13
naafbus naafbus: nǫf˱bys (Rosmeer) De metalen bus in de naaf van het karwiel die om het uiteinde van de karas draait. Het plaatsen van de naafbus in de dom werd in Q 113 bussen (b0sd) genoemd. Dit werk werd doorgaans door de wagen- of radmaker gedaan. Zie ook afb. 214-215. [N G, 43b; N 17, 59; JG 1a; JG 1b; L 39, 22; monogr.] II-11
naaien lappen: lapǝ (Rosmeer) Algemene benaming voor naaien. Informanten uit P 119, P 188 en Q 77 merken op dat de benaming lappen ouder is dan naaien. [N 62, 1a; N 62, 1d; A 2, 70; A 37, 1c; L 31, 46; Gi 1.IV, 12; MW; RND; Wi 40; S 25; monogr.] II-7
naar links haar: hār (Rosmeer) Voermansroep om het paard naar links te doen gaan. [JG 1b; N 8, 95 c, 95d en 96; L 1 a-m; L B 2, 255; L 26, 2; L 36, 81c; S 12; monogr.] I-10
nachtegaal nachtegaal: naachtegoal (Rosmeer), nāchtegôl (Rosmeer) nachtegaal [ZND 05 (1924)] III-4-1
nachthemd slaaphemd: sloͅphømə (Rosmeer) nachthemd [N 25 (1964)] III-1-3
nachtjapon slaapkleed: sloͅpkleͅt (Rosmeer) nachtjapon [nachtpon, bedjak, nachtjak, jak] [N 25 (1964)] III-1-3
nachtkleren slaapkleren: sloͅpkleͅjər (Rosmeer) nachtkleding in het algemeen [t naachtdinge] [N 25 (1964)] III-1-3
nachtmerrie maar: môr (Rosmeer) Nachtmerrie; hoe vertaalt gij, fr. jai eu le cauchemar? [ZND 05 (1924)] III-1-2
nageboorte van de koe bed: bęt (Rosmeer) [N 3A, 57a; JG 1a, 1b; A 33, 19b; monogr.] I-11