18866 |
driftig |
giftig:
gifteg (Q093p Rosmeer),
kwaad:
kōt (Q093p Rosmeer)
|
driftig [ZND 01 (1922)], [ZND 23 (1937)]
III-1-4
|
22655 |
drijftol |
dop:
dop (Q093p Rosmeer),
Extra handgeschreven fiche in fichesbakken!
dop (Q093p Rosmeer)
|
Drijftol (speeltuig door middel van een zweep door kinderen gedreven). [ZND 16 (1934)] || Hoe noemt men het kinderspeelgoed dat paddestoel- of kegelvormig is en dat met een zweep wordt voortgedreven? [Lk 03 (1953)]
III-3-2
|
17862 |
dringen |
dringen:
dringe (Q093p Rosmeer)
|
niet dringen ! [ZND 33 (1940)]
III-1-2
|
19575 |
drinkbeker |
snel:
snɛl (Q093p Rosmeer)
|
drinkbeker, aarden of stenen ~; inventarisatie benamingen; betekenis/uitspraak [N 20 (zj)]
III-2-1
|
34333 |
drinken bij de zeug |
zuiken:
zōkǝ (Q093p Rosmeer)
|
Het zuigen of drinken bij de zeug, gezegd van de big. [N 19, 21a]
I-12
|
19574 |
drinkglas |
kapper:
kapər (Q093p Rosmeer),
pint:
pēənt (Q093p Rosmeer)
|
drinkglas zonder voet [N 20 (zj)]
III-2-1
|
19562 |
drinkglas met voet |
bierglas:
birglōͅ‧s (Q093p Rosmeer)
|
drinkglas met een voet (kapper, kopper(tje)) [N 20 (zj)]
III-2-1
|
20564 |
droesem |
bezinksel:
verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m
bezinksel (Q093p Rosmeer),
dras:
verzamelfiche, ook mat. van ZND 1a-m
dras (Q093p Rosmeer),
drās (Q093p Rosmeer)
|
droesem [ZND 23 (1937)]
III-2-3
|
20635 |
dronken |
zat:
verzamelfiche, ook mat. van ZND 1, a-m
zôt (Q093p Rosmeer)
|
dronken [ZND 01u (1924)]
III-2-3
|
25232 |
droog blijven |
t blijft over]:
weͅlt nej reͅŋələ (Q093p Rosmeer)
|
droog blijven hoewel er regen dreigt, gezegd van het weer [t weert heen [N 22 (1963)]
III-4-4
|