23216 |
koor |
koor:
de koer van de kirk (L420p Rotem, ...
L420p Rotem),
het koēr van de kirk (L420p Rotem)
|
Het (of de?) koor van de kerk. [ZND 28 (1938)]
III-3-3
|
18004 |
koorts |
koorts:
koerts (L420p Rotem),
kors (L420p Rotem),
korsen (L420p Rotem),
korsən (L420p Rotem),
koͅrsə (L420p Rotem)
|
hij heeft (de) koorts [ZND 28 (1938)] || koorts [RND], [ZND m]
III-1-2
|
33806 |
koot |
koot:
koøt (L420p Rotem)
|
Het korte been onmiddellijk boven de hoef, zowel van de voor- als achterpoot. 1Het is één van de belangrijkste lichaamsdelen van het trekpaard. Zie afbeelding 2.25. [JG 1a, 1b; N 8, 32.1, 32.2, 32.3, 32.7, 32.10, 32.14, 32.15 en 32.16]
I-9
|
33063 |
kop van de schoof |
kop:
kǫp (L420p Rotem)
|
De bovenkant van de schoof, daar waar zich de aren bevinden. Zie afbeelding 7. [N 15, 21b; JG 1b]
I-4
|
25412 |
kop verwijderen |
afsnijden:
āfsnījǝ (L420p Rotem)
|
Nadat de kop afgehuid is, wordt hij van het lijf gesneden of gehakt. [N 28, 44; monogr.]
II-1
|
33137 |
kopdorser |
kopdorser:
kǫp˲dēǝ.sǝr (L420p Rotem),
pindorser:
pendisǝr (L420p Rotem),
pendǫrsǝr (L420p Rotem)
|
Bij deze vroege gemotoriseerde dorsmachine werden de schoven met de aren (de kop van de schoof) naar voren in de machine geschoven. Het eigenlijke dorsen gebeurde in een trommel met ijzeren pinnen of tanden die doet denken aan een hekel. Zie afbeelding 12. [N 14, 6a; JG 1a, 1b; monogr.]
I-4
|
21644 |
kopergeld |
kopergeld:
ps. omgespeld volgens Frings. Het -tekentje heb geïnterpreteerd als een "glottishslag"(¿) - of gewoon letterlijk overnemen als een hoge komma?
kupər geͅlʔt (L420p Rotem)
|
koperen of bronzen geldstukken [rode loop?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
21645 |
koperstuk |
rode duit:
ps. omgespeld volgens IPA.
(ə) ɛt gēͅi̯nə rūəjən døͅi̯t y(3)̄əvər zən leͅp (L420p Rotem)
|
koperen of bronzen geldstukken [rode loop?] [N 21 (1963)]
III-3-1
|
19582 |
kopje |
bak:
geen verschil met zjat
bak (L420p Rotem),
grote
bak (L420p Rotem),
jatte (fr.):
geen verschil met bak
zjat (L420p Rotem),
kleine
zjat (L420p Rotem),
tas:
tas (L420p Rotem)
|
kopje, tas [ZND 28 (1938)]
III-2-1
|