id | Begrip | Trefwoord: dialectopgave (plaats) | Omschrijving |
---|---|---|---|
33394 | verstelbaar luik boven de varkenstrog | luik: luu̯k (Rotem), plank: plaŋk (Rotem) | Boven de varkenstrog bevond zich vaak een verstelbaar voerluik. In L 360 kende men geen luik maar een scherm in de vorm van een rechtopstaande plank. [N 5A, 60e] I-6 |
33364 | verstelbare voerluiken | voerluiken: (enk) vōrluu̯k (Rotem) | Verstelbare luiken, die de voergang afscheiden van de voerbak en de koeienstand, komen vooral in het noorden van Nederlands-Limburg voor. Door de luiken wordt het voer vanuit de voergang in de voerbak gedaan. Waar deze onbekend zijn, zijn vaak benamingen voor een ruif voor koeien vermeld. Deze zijn verzameld in het lemma "ruif voor de koeien" (2.2.19). [N 5 A, 37d; monogr.] I-6 |
22349 | verstoppertje spelen | piepjeverbergen: pipkeverbergen (Rotem), verstekertje spelen: / verstiekerke (Rotem), verstoppertje spelen: verstoppeke (Rotem), / verstopperke (Rotem) | Het kinderspel waarbij alle kinderen zich verstoppen, behalve één die de anderen moet gaan zoeken? [WVD 153 (2005)] || idem [SND (2006)] || Schuilevinkje spelen (verbergspel). [ZND 06 (1924)] || verstoppertje [SND (2006)] III-3-2 |
34235 | verstopte speen | lamme deem: lām dim (Rotem), verstopte deem: vǝrstǫptǝn dīǝm (Rotem) | Speen waaruit wegens verstopping geen melk komt. [N 3A, 67a] I-11 |
18140 | verstuiken | verstuiken: verstoekt (Rotem) | ik heb mijn voet verstuikt [ZND 08 (1925)] III-1-2 |
33454 | vertikale paal in een poort | stijp: stip (Rotem) | Een rechtstaande, uitneembare paal in het midden van een poort, waartegen de beide poortvleugels gesloten kunnen worden. Deze paal is aan de bovenzijde meestal verankerd achter een gebogen stuk ijzer, aan de onderzijde in een gat. De paal wordt weggenomen als de poort helemaal geopend moet worden. De paal is onbekend in een groot aantal plaatsen. Door functionele overeenkomst kunnen de benamingen ook wel gebruikt worden voor andere soorten sluitbalken (zie deze lemmata). Zie ook afbeelding 18.g bij het lemma "poort" (4.1.1). [N 4A, 42e; N 5, 104; A 49, 4; add. uit N 5A, 93c] I-6 |
21653 | vervaldag | bamis: ps. omgespeld volgens Frings. bāmes (Rotem), vervaldag: ps. omgespeld volgens IPA. vərvaldāx (Rotem) | betaaldag, jaarlijkse ~ bij de notaris [bamis?] [N 21 (1963)] III-3-1 |
20304 | verwend kindje | bedorven iepje: bədorvən īpkə? (Rotem) | bedorven kindje; het is een - - [ZND 05 (1924)] III-2-2 |
28483 | verzegeld broed | verzegeld broed: verzegeld broed (Rotem) | Gesloten broed. Het stadium van het broed waarbij de larf volgroeid is. De cel wordt door de werkbijen afgedekt met zegelwas. De larf kan zich gaan verpoppen. [N 63, 25b; N 63, 20a; N 63, 23d; N 63, 23a] II-6 |
21665 | verzetten | omzetten: ps. omgespeld volgens Frings. umzɛtə (Rotem) | Betekenis en uitspraak van het werkwoord verzetten i.v.m. koop of verkoop? A.u.b. ook de uitspraak geven. [N 21 (1963)] III-3-1 |