e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Schaesberg

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
straat straat: sjtroat (Schaesberg) straat [DC 02 (1932)] III-3-1
straatbezem stratenbezem: Zie tekening: 2 (rechts)  sjtroate bessem (Schaesberg) bezem (soorten) [DC 15 (1947)] III-2-1
straatgoot goot: gut (Schaesberg) een geul langs de weg waarlangs afvalwater kan wegstromen [N 90 (1982)] III-3-1
straf geven straf geven: stroaf gääve (Schaesberg), straffen: stroave (Schaesberg) straf geven [SGV (1914)] || straffen [SGV (1914)] III-2-2
strafschop penalty (eng.): pienantie (Schaesberg) Strafschop. [DC 49 (1974)] III-3-2
streng streng: sjtrenge (Schaesberg), strengetje: štrɛŋskǝ (Schaesberg) Een streng garen, een gewonden en veelal ineengedraaide bundel waarin garen in de handel komt. De woordtypen lood, half lood, loodje en onsje duiden op een bepaalde hoeveelheid gewicht garen. [N 62, 56c; L 7, 58; L 28, 14; Gi 1.IV, 25; MW; S 36; monogr.] || niet toegevend, weinig vrijheid veroorlovend, stipt oordelend volgens wet of voorschrift [strak, streng, hard] [N 85 (1981)] II-7, III-1-4
streng (bn.) strang: schtrang (Schaesberg) streng (bijv. nw.) [SGV (1914)] III-1-4
streng garen [cf. wld ii.7: 24-25] strang: sjtrànk (Schaesberg), strank (Schaesberg), strengetje: strengske (Schaesberg) Aantal te samen gedraaide of gewonden bundel draden waarin garen in de handel komt (streng, streen, kluit) [N 79 (1979)] || streng (garen) [SGV (1914)] III-1-3
strijkijzer strijkijzer: sjtriekiezer (Schaesberg), striekiezer (Schaesberg) Werktuig om linnengoed mee te strijken (strijkijzer, ijzer, strijkbout) [N 79 (1979)] III-2-1
strikbeitel strikbeitel: štrek˱bētǝl (Schaesberg) Metalen werktuig waarmee strikkoord in de sokken van buizen wordt vastgeslagen. Zie ook het lemma ɛpakkingɛ en afb. 250.' [N 64, 68a; N 33, 120] II-11