e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Schimmert

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
onthoudingsdag vastendag: vastendaag (Schimmert) Een onthoudingsdag: dag waarop men geen vlees, spek en jus uit vlees mag gebruiken. [N 96D (1989)] III-3-3
ontlasting hebben gemak nemen: gemāāk numme (Schimmert) ontlasting hebben [afgon, leutere, driete, zijn gevoeg doen] [N 10c (1995)] III-1-1
ontnaaid losgegangen: losgǝgaŋǝ (Schimmert) Losgelaten, gezegd van een naad. [N 62, 28] II-7
ontsmettingsmiddel kopervitriool: kōpǝrvitriōl (Schimmert), tarwekelksel: tɛrwǝkɛlksǝl (Schimmert) Het middel, de vloeistof die gebruikt wordt bij het ontsmetten van zaaigraan. Zie ook de toelichting bij het vorige lemma. [N M, 24b] I-4
ontsteking eeltpil: eeltpil (Schimmert), kweelt: kweelt (Schimmert), ontsteking: ontstééking (Schimmert), zwering: zwĕĕring (Schimmert) Ontsteking: plaatselijke infectie van weefsel, lichaamsdelen, gepaard gaande met roodheid, zwelling en pijn (meuk, mik). [N 84 (1981)] III-1-2
ontvangen beuren: bĕŭre (Schimmert), gebeurd (Schimmert) in het bezit gesteld worden van bijv. geld [beuren, inbeuren ontvangen] [N 89 (1982)] III-3-1
ontzien ontzien: ontzeen (Schimmert), ontzēēn (Schimmert) iemand zoveel mogelijk sparen [ontzien, vreeuwen, vieren] [N 85 (1981)] III-1-4
onvast ter been (zijn) onvast: onvas (Schimmert), slecht op de benen: slech op de bein zin (Schimmert) lopen: onvast ter been [sporrig] [N 10 (1961)] III-1-2
onvolgroeide vrucht krutsel: WLD  krŏtschel (Schimmert) Een onvolgroeide vrucht (krots, gast). [N 82 (1981)] I-7
onvruchtbaar vrouwelijk varken kwee: kwē (Schimmert) Door organische afwijkingen onvruchtbaar vrouwelijk varken. [N 76, 10; JG 1c, 2c] I-12