18712 |
regenpijpen |
regenpijpen:
riegepiepe (Q098p Schimmert),
rige piepe (Q098p Schimmert)
|
regenbroek die uit twee delen bestaat [piepe, reegenpiepe] [N 23 (1964)]
III-1-3
|
25180 |
regenwolkje |
waterachtige lucht:
waterechtige loch (Q098p Schimmert),
watermannetje:
water menneke (Q098p Schimmert)
|
regen-voorspellend wolkje bij ondergaande zon [watermenneke] [N 22 (1963)]
III-4-4
|
24308 |
regenworm |
dauwworm:
WLD Additie bij vraag 25: komt bij kinderen voor b.v. op t hoofd. Kan ernstige gevolgen hebben
dauw-worm (Q098p Schimmert),
piering:
peering (Q098p Schimmert),
pierink (Q098p Schimmert),
pêrink (Q098p Schimmert, ...
Q098p Schimmert),
WLD
pēerínk (Q098p Schimmert),
pēērink (Q098p Schimmert),
worm:
worm (Q098p Schimmert),
WLD
wórm (Q098p Schimmert)
|
pier [SGV (1914)] || pier, aardworm [SGV (1914)] || regenworm [DC 40 (1965)] || regenworm, aardwom, bekende paarskleurige worm die bij spitten en ploeten of bij regen voor de dag komt [pier, pieroas, piering, pierewörm, dauwworm] [N 26 (1964)], [N 26 (1964)] || worm in het algemeen [pier, piering, pierik] [N 26 (1964)]
III-4-2
|
17904 |
reiken naar |
reiken naar:
reike (Q098p Schimmert, ...
Q098p Schimmert,
Q098p Schimmert)
|
grijpen naar iets [naar iets raome] [N 10a (1961)] || reiken, met de handen naar iets reiken [iest beraome] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
21195 |
reis |
reis:
de reis (Q098p Schimmert),
’n reis (Q098p Schimmert)
|
het gaan van een plaats naar een andere, meestal met een of ander vervoermiddel (reis) [N 90 (1982)]
III-3-1
|
21201 |
reiskoffer |
koffer:
koffer (Q098p Schimmert),
(o.).
koffer (Q098p Schimmert),
Karte 365.
koffer (Q098p Schimmert),
valies (<fr.):
valies (Q098p Schimmert)
|
Het voorwerp van leer, stof, riet om goederen mee op reis te nemen [koffer, valies] [N 90 (1982)] || koffer [SGV (1914)] || Reisekoffer
III-3-1
|
21196 |
reizen |
op reis gaan:
op reis gâôn (Q098p Schimmert),
reizen:
reize (Q098p Schimmert)
|
een reis ondernemen [reizen, pelgrimmen] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
19388 |
rek |
hang:
hâng (Q098p Schimmert),
rek:
rèk (Q098p Schimmert),
rêk (Q098p Schimmert),
schap:
schāāp (Q098p Schimmert),
sjaap (Q098p Schimmert)
|
Soort kast van latten en planken, zonder deur, om iets in op te bergen, b.v. in de keuken (rek, schap, hang) [N 79 (1979)]
III-2-1
|
21378 |
rekening |
rekening:
ein rêkening sjture (Q098p Schimmert)
|
rekening [een ~ sturen] [SGV (1914)]
III-3-1
|
31460 |
rekhamer |
rekhamer:
rękhāmǝr (Q098p Schimmert)
|
Hamer met één of twee afgeronde pennen die dient om bladmetaal op te rekken en in bepaalde vormen te hameren. Zie ook afb. 156 en het lemma "drijven". [N 33, 67; N 64, 40e; N 66, 7e]
II-11
|