e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Schinnen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
landauer landauer: landauer (Schinnen), landauər (Schinnen) een vierwielig rijtuig voor vier personen met afzonderlijke beweegbare voor- en achterkap [landauer] [N 90 (1982)] III-3-1
landerijen akker: akǝr (Schinnen), land: lant (Schinnen), lɛŋj (Schinnen) Het geheel van bebouwde akkers, weilanden en velden, behorend bij een boerderij. [N 6, 33a; N 5A, 76d; A 10, 3; A 11, 4; A 20, 1b; JG 1b, 1d; L 37, 11a; L 38, 23; L 44, 27; Vld.; monogr.] I-8
landjeveroveren veldje veroveren: veldje veroovere (Schinnen) Lievelingsspel 2. [SND (2006)] III-3-2
landrol wel: wɛl (Schinnen) De vroeger houten, later ijzeren rol om aard-kluiten van geploegd land te breken, de akker vlak te maken, het zaad in de aarde vast te drukken, enz. Zie afb. 81 en 82. [JG 1a + 1b; N 11, 86; N 11A, 183 + 185; N J, 10 add.; N P, 20 add.; A 40, 9; monogr.] I-2
landstreek contrei: contrei (Schinnen), omstreek: omsjtreek (Schinnen), streek: sjtreek (Schinnen), uit de buurt van ...: oet də buurt va (Schinnen) landstreek, gebied dat door bijv. tradities, landschap, taal enz een zekere eenheid vormt [contrei, streek, strom] [N 81 (1980)] || streek (in deze ~) [SGV (1914)] III-4-4
lang ruw haar rond buik en uier duivelshaar: duivelshaar (Schinnen) Eerste haar dat een veulen verliest. [N 8, 23] I-9
lange dunne boom gard: eigen spellingsysteem  gäert (Schinnen), goets: eigen spellingsysteem  goetsj (Schinnen) Een lange dunne boom (zwiemel). [N 82 (1981)] III-4-3
lange dunne tak gard: géért (Schinnen), eigen spellingsysteem  gäert (Schinnen), WLD  geèrt (Schinnen), goets: eigen spellingsysteem  goetsj (Schinnen) Een lange dunne tak (geert) [N 82 (1981)] III-4-3
lange neus kokker: kokker (Schinnen) neus, Een lange ~ (fokker, domphoren, vonk). [N 84 (1981)] III-1-1
lange onderbroek? lange onderbroek: lang ongerbrook (Schinnen) Lange onderbroek voor mannen. [DC 62 (1987)] III-1-3