e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Schinnen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
vriezenx vriezen: vreize (Schinnen) vriezen [SGV (1914)] III-4-4
vrijdagavond vrijdagavond: vriedigaovend (Schinnen, ... ) De vrijdagavond. [N 96C (1989)] III-3-3
vrijdagskost vrijdagskost: vriedeskos (Schinnen), vriedigskos (Schinnen) Het vleesloze eten, een vleesloze maaltijd op een onthoudings-dag ("vrijdagskost"). [N 96D (1989)] III-3-3
vrijgezel jonggezel: jonkgəzèl (Schinnen), vrijgezel: vriegezèl (Schinnen) vrijgezel; ongehuwde man [patriara, wicht, vrijgezel] [N 86 (1981)] III-2-2
vroedvrouw wijsvrouw: wīs˃vroͅu̯ (Schinnen) hoe heet de baker of vroedvrouw? [DC 05 (1937)] III-2-2
vroegmis vroegmis: vreumès (Schinnen), vreumɛs (Schinnen), vrø.məs (Schinnen) De vroegmis [vreugmès, vreumes, vroemes?]. [N 96B (1989)] || vroegmis [RND] III-3-3
vrolijk plezierig: pləzeerig (Schinnen), spassig (du.): sjpassig (Schinnen) een opgeruimde, lichte, blijde stemming hebbend [vrolijk, herpsat, leutig] [N 85 (1981)] III-1-4
vrouw vrouw: vroͅuw (Schinnen), vrouwmens: fro.uməṣ (Schinnen) vrouw [RND], [RND] III-3-1
vrouw in het kaartspel dame: dame (Schinnen) En hoe [noemt u van het kaarspel] de [verschillende] plaatjes? - III. Vrouw. [DC 52 (1977)] III-3-2
vrouw, vrouwspersoon vrouw: vroͅu̯ (Schinnen) vrouw; (bestaat er een afzonderlijk woord voor vrouw in de beteekenis van echtgenoote?) [DC 05 (1937)] III-2-2