e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... plaats=Schulen

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
paddestoel (alg.) kampernoel: (mv.: kamp\\rnul\\)  kampərnul (Schulen), eetbare --; gecombineerd met ZND 5 040  kampernul (Schulen), kampernoeletje: verpakte --; gecombineerd met ZND 5 040  kamperNULLekes (Schulen), paddestoel: (mv.: pad\\stil)  padəstul (Schulen), giftige --; gecombineerd met ZND 5 040  paddestoel (Schulen) paddestoel [RND], [ZND 15 (1930)] III-4-3
pak, kostuum kostuum: kəstym (Schulen) een herenkostuum [N 59 (1973)] III-1-3
palmboompje palmboom: verzamelfiche ZND 15, 015 van Har, + ZND 5, 041  palmboom (Schulen, ... ) palmboompje [ZND 15 (1930)] III-4-3
pand, bed bed: bęt (Schulen), pand: pa.nt (Schulen  [(twee en een halve trede)]  ), pān (Schulen) Een pand of bed is een deel van een (meest erg lange) akker of een smal stuk land tussen twee evenwijdige greppels. Vergelijk het lemma In Panden Ploegen. Panden zijn doorgaans kleiner van oppervlakte dan gewone percelen op drogere grond. Men onderscheidt soms brede en smalle akkerdelen. Waar de brede stukken panden heten, worden de smalle stukken bedden genoemd. Het omgekeerde is ook mogelijk. Met perken bedoelt men de brede stukken. Hieronder is van deze afzonderlijk te ploegen akkerdelen - voor zover mogelijk - de breedte in voren of meters vermeld. Omdat een akker meerdere panden of bedden omvat, zijn ook de verstrekte meervoudsvormen opgenomen. [N 11, 53a + b; N 11A, 122 add.; N 11A, 130 a + c; JG 1a + 1b + 1c + 2c; A 44, 21e] I-1
papier papier: papier fromele (Schulen) papier frommelen, verfrommelen [ZND 35 (1941)] III-3-1
paren van de duiven paren: pōͅə.rə (Schulen) Paren [van de duiven]. [Goossens 1b (1960)] III-3-2
pasband paslint: paslent (Schulen) Linnen bandje dat in een kledingstuk wordt meegenaaid om uitrekken te voorkomen. [N 59, 41; MW] II-7
pasen pasen: poəsə vilt laot (Schulen) Paschen valt laat. [ZND 34 (1940)] III-3-3
pasgeboren kalf nuchteringe kalf: nextǝreŋǝ [kalf] (Schulen) [N 3A, 15 en 20; N C, 6; JG 1a, 1b; monogr.] I-11
paskoord milanaise: melǝnęs (Schulen) Met katoen omspannen metaaldraad die ter versterking van het knoopsgat strak en vlak langs de snede van het knoopsgat wordt vastgenaaid. Zie afb. 1. [N 59, 8] II-7