| 26814 |
grote hoop turf |
grote hoop:
gruǝtǝ huǝp (L266p Sevenum)
|
Een hoop van ongeveer tweehonderd turven en meer. [I, 79a: A 44, 21g]
II-4
|
| 23543 |
grote hostie |
hostie (<lat.):
hostie (L266p Sevenum, ...
L266p Sevenum)
|
De grote hostie, op de pateen gelegen. [N 96B (1989)]
III-3-3
|
| 22504 |
grote knikker |
mop:
moep (L266p Sevenum),
(= dikke knikkers).
moep (L266p Sevenum)
|
Een grote knikker. [N R (1968)] || knikker [SGV (1914)]
III-3-2
|
| 22141 |
grote mand met diverse onderverdelingen |
weduwschapsmand:
weduwschapsmangt (L266p Sevenum)
|
Hoe heet verder in Uw dialect: een grote mand met diverse hokjes, om het inkorven gemakkelijk te maken? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 22015 |
grote mand met twee verdiepingen |
weduwschapsmand:
weduwschapsmangt (L266p Sevenum)
|
Hoe heet verder in Uw dialect: een grote mand met twee verdiepingen? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 22143 |
grote mand waarin de duiven per trein of vrachtwagen vervoerd worden |
vliegmand:
vleeg-mangde (L266p Sevenum)
|
Hoe heet verder in Uw dialect: de grote manden waarin de duiven per trein of vrachtwagen vervoerd worden? [N 93 (1983)]
III-3-2
|
| 21803 |
grote ruzie? |
herrie:
herrie make (L266p Sevenum)
|
een grote ruzie [hora, bal] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
| 19502 |
grote schoonmaak |
grote poets:
groëte poets (L266p Sevenum)
|
Hoe noemt u de voorjaarsschoonmaak? [N105 (2000)]
III-2-1
|
| 26996 |
grote stok |
grote stok:
gruǝtǝ stok (L266p Sevenum)
|
De grote stok bestaat doorgaans uit 7 slagen van 38 turven, in totaal 266 turven. [II, 63b]
II-4
|
| 22675 |
grote trom |
dikke trom:
dikə troͅm (L266p Sevenum, ...
L266p Sevenum)
|
Een grote trom [trombol]. [N 90 (1982)]
III-3-2
|