e-WLD trefwoorden 

 
 
Filteren...

Overzicht

Gevonden: 1

TrefwoordBegrip: dialectopgave (plaats)Toelichting
mop dikke neus:   mop (Venlo), gebak: een lekkere mop  mop (Meeuwen), grap:   mop (Beesel, ... ), mŏp (Well), mòp (Valkenburg), (of).  mop (Steyl), (zeggen!).  móp (As), Opm. bijna moop.  mop (Obbicht), graszode: (mv)  mupǝ (Bommershoven), grote knikker:   moep (Sevenum), (= dikke knikkers).  moep (Sevenum), houtwagen, houtslede:   mø̜p (Kerkrade  [(Domaniale)]   [Domaniale]), kind (algemene benaming):   mup (Echt/Gebroek), gebr. in uitdrukkingen als: dè kleine möp = dat kleine ding (kind)  møͅp (Jabeek), kind (troetelnaam):   möp (Amstenrade, ... ), klit:   moͅp (Halen), kloostermop:   mǫp (Haler), koekje:   mop (Meeswijk, ... ), Syst. Frings Moppen: kleine ronde.  moͅpə (Linde), Syst. WBD  moppen (Ottersum), Tongerse specialiteit  moep (Tongeren), Verklw. m‹pk\\n koekje van allerlei afmetingen en gehalte  mop (Lommel), kwajongensstreek:   mop (Loksbergen, ... ), môp (Melick), neus (spotnamen):   möp (Tegelen), onnozel persoon:   möp (Castenray, ... ), pompon van een muts:   mop (Hout-Blerick), slag:   moep (Kortessem), mop (Zolder, ... ), mŏŏp (Molenbeersel), Plat, meestal schertsend.  mop (Beringen), zachtharige bezem:   mop (Kerensheide, ... ), moͅp (Bree), rond  mop (Oirsbeek), zwabber:   moͅp (Bree), voor de slaapkamer  mop (Waubach), zwabber  móp (Maasniel) I-8, II-5, II-8, III-1-1, III-1-2, III-1-3, III-1-4, III-2-1, III-2-2, III-2-3, III-3-1, III-3-2, III-4-3