17998 |
huivering |
schuiver:
schuuver (L266p Sevenum)
|
huivering [gril] [N 10 (1961)]
III-1-2
|
21807 |
hulp vragen |
hulp vragen:
hulp vraòge (L266p Sevenum),
hùlp vraoge (L266p Sevenum)
|
iemand vragen te helpen [genaden] [N 85 (1981)]
III-3-1
|
18936 |
hulp, bijstand |
hulp:
hulp (L266p Sevenum),
hùlp (L266p Sevenum)
|
de ondersteuning die men iemand geeft om zijn werk af te maken [hulp, genade] [N 85 (1981)]
III-1-4
|
24572 |
hulst |
hulst:
WLD
huls (L266p Sevenum, ...
L266p Sevenum)
|
De altijdgroene heester met stijve, stekelpuntige, glimmende bladeren, witte bloemen en rode bessen; hulst (heukel, velst, ulster, prikblad). [N 82 (1981)]
III-4-3
|
17956 |
huppelen |
huppelen:
huppele (L266p Sevenum, ...
L266p Sevenum)
|
Huppelen: met kleine sprongetjes zich voortbewegen (hippen, hoppen, huppen, huppelen). [N 84 (1981)]
III-1-2
|
17959 |
hurken |
op het hukje gaan zitten:
op `t hūkske goan zitte (L266p Sevenum)
|
hurken [SGV (1914)]
III-1-2
|
22405 |
hutselen |
schudden:
schudde (L266p Sevenum, ...
L266p Sevenum)
|
Schudden van het geld voordat men het opgooit [hutselen, uteren]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
21333 |
huurpenning |
huurpenning:
heurpenning (L266p Sevenum)
|
huurpenning [SGV (1914)]
III-3-1
|
24049 |
huwelijksafkondigingen |
roepen:
reup (L266p Sevenum)
|
De huwelijksafkondigingen, huwelijksgeboden, de "roepen", de "geboden". [N 96D (1989)]
III-3-3
|
23516 |
huwelijksmis |
bruidsmis:
broedsmis (L266p Sevenum),
trouwmis:
trouwmis (L266p Sevenum)
|
De huwelijksmis, bruidsmis [broedsmaes]. [N 96D (1989)]
III-3-3
|