19071 |
wensen |
gaarne willen:
gêr wille (L266p Sevenum),
wensen:
ps. invuller twijfelt over dit antwoord.
wensche ? (L266p Sevenum)
|
wenschen [SGV (1914)]
III-1-4
|
32633 |
wentelploeg |
wendelploeg:
wɛ ̝ndǝl[ploeg] (L266p Sevenum),
wentelploeg:
wɛntǝl[ploeg] (L266p Sevenum)
|
Een wentelploeg is een karploeg met tenminste twee ploeglichamen, die - boven elkaar aan de ploegboom bevestigd - elkaars spiegelbeeld vormen en bij het keren samen met de ploegboom 180° worden gedraaid. Aan de boom van zulk een ploeg zitten gewoonlijk ook twee kouters en twee voorscharen. Vroeger kon de wentelploeg ook een voet- of radploeg zijn. Omdat de ploegboom van een dergelijke ploeg niet in zijn geheel gedraaid kon worden, was het dubbele ploeglichaam draaibaar bevestigd aan het achterstuk van de ploegboom. Dit type wentelploeg heet achterwentelaar of staartwentelaar. Een voet- of radploeg met een ploeglichaam dat onder de ploegboom door gewenteld kan worden, wordt wel onderwentelaar genoemd. [JG 1b + 1b; JG 2a-1, 6 ; JG 2b-4, 1; N 11, 30; N 11A, 71 + 72 + 73; N J, 10 add.; N 27, 14 + 15 add.; A 27, 24 add.; monogr.]
I-1
|
24071 |
wereldgeestelijke |
wereldheer:
waereldhieër (L266p Sevenum)
|
Een wereldgeestelijke, priester van een bisdom. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
21485 |
werk (zn) |
werk:
werk (L266p Sevenum)
|
werk; ben je klaar met je -? [DC 03 (1934)]
III-3-1
|
21484 |
werk (zn.) |
werk:
werk (L266p Sevenum, ...
L266p Sevenum)
|
het werken, het arbeiden [foter, werk] [N 89 (1982)] || werk (zn.): (Ik gebruik de auto niet veel). Ik voel me het lekkerste als ik geregeld naar mijn - loop. [DC 39 (1965)]
III-3-1
|
26696 |
werkbroek |
bombazijnen boks:
bombǝzinǝboks (L266p Sevenum)
|
De kleding van de turfsteker moet eerder sterk zijn en meer berekend op de invloed van wind, regen en zonneschijn dan fraai. [I, 20]
II-4
|
18597 |
werkdaagse jas |
`s werkendaagse jas:
inne swerkendagse jas (L266p Sevenum)
|
werkdagen (mv.) [een jas voor de - ] [SGV (1914)]
III-1-3
|
21486 |
werkdag |
werkendag:
inne swerkendagse jas (L266p Sevenum),
swerkendigse dinge (L266p Sevenum)
|
door-de-weekse kleren [t s werkendagse dinge, werkdinge] [N 23 (1964)] || werkdagen (mv.) [een jas voor de - ] [SGV (1914)]
III-3-1
|
19132 |
werken |
werken:
werke (L266p Sevenum, ...
L266p Sevenum,
L266p Sevenum,
L266p Sevenum),
wèrke (L266p Sevenum),
wɛrkə (L266p Sevenum)
|
arbeid verrichten [werken, arbeiden, wrochten] [N 85 (1981)] || geregelde arbeid verrichten; zijn taak, beroep of bedrijf uitoefenen [werken, arbeiden, wrochten] [N 89 (1982)] || het werken, het arbeiden [foter, werk] [N 89 (1982)] || werken [RND]
III-3-1
|
18915 |
werklustig |
volslags:
volslaags (L266p Sevenum),
volslags (L266p Sevenum)
|
niet bang voor moeite [moedig, dapper] [N 85 (1981)]
III-1-4
|