21493 |
deurwaarder |
deurwaarder:
deurwaarder (L266p Sevenum),
deurwarder (L266p Sevenum)
|
de ambtenaar bij de rechtbank die belast is met de dienst op de terechtzittingen, het doen van aanzeggingen [bijv. van belastingschuld enz. [vorster, deurwaarder] [N 90 (1982)]
III-3-1
|
22378 |
diabolo |
diabolo:
diabolo (L266p Sevenum, ...
L266p Sevenum)
|
Het speelgoed, bestaande uit een dubbele blikken kegel die men al draaiende op een koordje in evenwicht houdt, in de hoogte werpt en weer opvangt met dit koord of elkaar toewerpt en weer op een koordje opvangt [diabolo, diavolo]. [N 88 (1982)]
III-3-2
|
24079 |
diaken |
rector (lat.):
rector (L266p Sevenum)
|
Een geestelijke die een gebied heeft, maar niet mag dopen, begraven of trouwen. [N 96D (1989)]
III-3-3
|
18035 |
diarree |
aan de/het schijt:
an dǝ sxīt (L266p Sevenum),
ān dǝ sxīt (L266p Sevenum),
loperij:
a/d lōëperie ziën (L266p Sevenum),
an de lōēperie (L266p Sevenum)
|
Buikloop. Te dunne ontlasting, meestal veroorzaakt door een min of meer ernstige ontsteking van de darmen. Zie ook het lemma ''diarree'' in wbd I.3, blz. 472-474. [N 3A, 91, 99; A 48A, 52; monogr.] || Diarree, buikloop (dunne, pruts). [N 84 (1981)]
I-11, III-1-2
|
34351 |
diarree hebben |
aan de schijt (zijn):
ān dǝ sxīǝt zin (L266p Sevenum)
|
Te dunne ontlasting hebben, buikloop. [N 76, 51b; N 76, 51a]
I-12
|
26863 |
dichtgedreven baggerslijk |
aaneengekrepte baggerd:
anīǝngǝkręptǝ bagǝrt (L266p Sevenum)
|
Wanneer de brij is gesneden en wanneer ze enige dagen gedroogd heeft, kan het spul door een flinke regen- of onweersbui dichtdrijven. [I, 108]
II-4
|
27040 |
dichtleggen van de ring |
ring dichtleggen:
reŋk dexlęgǝ (L266p Sevenum)
|
De ring toedekken met de toelaag. [II, add.]
II-4
|
21310 |
dief |
dief:
deef (L266p Sevenum),
schelm:
Opm. e = ´/Ô.
schelm (L266p Sevenum)
|
dief [SGV (1914)]
III-3-1
|
19807 |
dienblad |
dienblaadje:
dēnblɛtjə (L266p Sevenum)
|
dienblad [DC 27 (1955)]
III-2-1
|
19080 |
dienst |
dienst:
Opm. dit is een beter woord.
dinst (L266p Sevenum),
Opm. ee kort uitgesproken.
deenst (L266p Sevenum)
|
dienst [SGV (1914)]
III-1-4
|