e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q116p plaats=Simpelveld

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
likken lekken: lèkkə (Simpelveld), lèkə (Simpelveld), lékkə (Simpelveld), likken: likkə (Simpelveld), lotsen: lŏĕtsjə (Simpelveld) likken; Hoe noemt U: Met de tong over iets heen en weer gaan om zo het voedsel op te nemen (likken, lekken, leppen) [N 80 (1980)] III-2-3
lindeblad lindeblad: lingeblat (Simpelveld) lindeblad [SGV (1914)] III-4-3
liniaal regel: regel (Simpelveld, ... ) een dunne rechte lat met een maatverdeling om er lijnen langs te trekken [liniaal, linie, regel, regelet] [N 90 (1982)] || liniaal [SGV (1914)] III-3-1
linkse boor linksdraaiend: leŋks˱drīǝnǝnt (Simpelveld) Boorijzer waarbij de borende werking optreedt wanneer het linksom gedraaid wordt. [N 33, 158a] II-11
linnen, linnengoed lijnen: liŋǝ (Simpelveld) Weefsel uit vlas- of hennepgaren vervaardigd. Lijnwaad. [N 62, 77; N 59, 201; N 62, 75f; L 1a-m; L 30, 30a; L 30, 30b; L B1, 95; MW; Wi 18 en 55; S 22; monogr.] II-7
lip lip: lip (Simpelveld, ... ), lìp (Simpelveld) lip [DC 01 (1931)], [RND], [SGV (1914)] III-1-1
lip van een hoefijzer hoefijzerkap: hof˱īzerkap (Simpelveld) Het opstaand lipvormig gedeelte aan de voorzijde aan het hoefijzer. De lip voorkomt het naar achter opschuiven van het hoefijzer. Zie ook afb. 222. Ook aan de zijkanten van het hoefijzer kunnen lippen worden aangebracht. Dit gebeurt als het paard brokkelende hoeven heeft of wanneer het hoefijzer de neiging heeft naar binnen te verschuiven. Zie ook het lemma ɛbrokkelhoefɛ in WLD i.9, pag. 102.' [N 33, 356; JG 1b; monogr.] II-11
list fint: fint (Simpelveld), flans: flans (Simpelveld) fint (list, barstje) [SGV (1914)] III-1-4
litteken lijnteken: lientseeche (Simpelveld) litteken [SGV (1914)] III-1-2
loeien van de koe in het algemeen beuken: būǝkǝ (Simpelveld) [N 3A, 5a; JG 1a, 1b; Gwn V, 8; Wi 57; monogr.] I-11