e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q116p plaats=Simpelveld

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
voeren voederen: voorə (Simpelveld) de jongen voeden, gezegd van vogels (azen, aanazen, ekeren) [N 83 (1981)] III-4-1
voering, voeringstof voer: vōr (Simpelveld) Stof waarmee kledingstukken van binnen bekleed worden. [N 62, 18a; N 62, 84; A 4, 27b; L 20, 27b; Gi 1.IV, 29; MW; S 41; monogr.] II-7
voertuig wagen: waan (Simpelveld) de algemene naam voor een constructie op wielen die geduwd of getrokken wordt of door een motor voortbewogen wordt en die bedoeld is om personen of goederen te vervoeren [voertuig, voiture] [N 90 (1982)] III-3-1
voet voet: vŏŏs (Simpelveld), vus (Simpelveld), vós (Simpelveld) voet [SGV (1914)] || Voet. Als hiervoor (ook) been of poot gebruikt wordt, dit vermelden, zoo mogelijk in een zin, b.v.: Hou je pooten bij je! voetje voor voetje. [DC 01 (1931)] || voeten [SGV (1914)] III-1-1
voet (alternatieve benamingen) poot: poeətə (Simpelveld) Voet. Als hiervoor (ook) been of poot gebruikt wordt, dit vermelden, zoo mogelijk in een zin, b.v.: Hou je pooten bij je! voetje voor voetje. [DC 01 (1931)] III-1-1
voetbal voetbal: NB foesballer: voetballer.  foesbal (Simpelveld) Voetbal. III-3-2
voetballer voetballer: Karte 165.  vut}/[vūt}baller (Simpelveld) Fussballspieler. III-3-2
voetbalspel voetballen: Karte 163.  vut}ballen n. (Simpelveld) Fussball(veranstaltung). III-3-2
voetbalwedstrijd wedstrijd: Karte 166.  wedstrijd (Simpelveld) (Fussball)spiel. III-3-2
voetganger voetganger: vósgenger (Simpelveld) een persoon die te voet gaat [voetganger, voetreiziger, voeteerder] [N 90 (1982)] III-3-1