22871 |
hoekschop |
corner (eng.):
Karte 168.
kornər (Q210p Sippenaken)
|
Eckball.
III-3-2
|
24175 |
jong en kaal vogeltje |
vogeltje:
vø̄.gəlšərə (Q210p Sippenaken, ...
Q210p Sippenaken)
|
vogeltje [ZND 04 (1924)]
III-4-1
|
20768 |
kaantjes |
krappen:
krappe (Q210p Sippenaken)
|
Hoe heten de vetklonters, die overblijven, als runds of varkensvet wordt gesmolten? (kaan) [ZND 02 (1923)]
III-2-3
|
19751 |
kachel, stoof |
stoof:
št‧ōͅf (Q210p Sippenaken)
|
kachel, stoof [ZND 04 (1924)]
III-2-1
|
20308 |
kind (algemene benaming) |
kind:
kent (Q210p Sippenaken)
|
kind; mijn lief kind, blijf hier beneden staan, de kwade ganzen bijten u dood [ZND 04 (1924)]
III-2-2
|
18171 |
kledij, kleren |
kleren:
kleͅjər (Q210p Sippenaken)
|
Kleren. Ga eens en wees zo goed, en zeg aan uw zuster dat ze de kleren van uw moeder moet afnaaien en met de borstel afborstelen [ZND 04 (1924)]
III-1-3
|
20787 |
koken (intr.) |
koken:
kawxə (Q210p Sippenaken)
|
koken [ZND 04 (1924)]
III-2-3
|
20617 |
korst |
verdroogde korst:
verzamelfiche, ook materiaal van ZND 01 (a-m vraag 23 a en b zijn samengevoegd.
verdrugde koasch (Q210p Sippenaken),
verse korst:
verzamelfiche, ook materiaal van ZND 01 (a-m vraag 23 a en b zijn samengevoegd.
vrische koasch (Q210p Sippenaken)
|
eerste (verse) en laatste (oudbakken) korst van het brood [ZND 02 (1923)]
III-2-3
|
19632 |
kussensloop |
kustijk:
køͅstek (Q210p Sippenaken, ...
Q210p Sippenaken,
Q210p Sippenaken)
|
de kussensloop (waarin het hoofdkussen wordt gestoken) [ZND 17 (1935)] || kussensloop [ZND 01 (1922)] || kussensloop; overtrek van een hoofdkussen [ZND 02 (1923)]
III-2-1
|
19668 |
lade |
tafelschot:
tofəlšoͅt (Q210p Sippenaken)
|
een tafellade (Noordnederl. \'tafella\') [ZND 03 (1923)]
III-2-1
|