e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q020p plaats=Sittard

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
droog weer droog: dreug (Sittard), tréúch (Sittard) droog [DC 45 (1970)], [RND] III-4-4
droogdoek, theedoek droogdoek: dreugdouk (Sittard) de doek waarmee het afgewassen vaatwerk wordt gedroogd; zijn er verschillende soorten [DC 15 (1947)] III-2-1
droogplaats baan: bān (Sittard) Het gedeelte van de steenbakkerij waar de vormelingen werden omgeslagen om te drogen tot ze hanteerbaar waren. De droogplaats werd voor de campagne gëgd, zonodig met zand opgevuld en met een verzwaard raamwerk gesleept, zodanig dat het oppervlak naar de kanten licht afhelde. Vervolgens werd het geheel gewalst - Geuskens, pag. 97. Drie meter breedte van de baan werd in Q 17 een zats (zats) genoemd. Was zoɛn stuk volgelegd, dan werd de vormtafel verplaatst. Zie ook het lemma ɛomzettenɛ.' [N 98, 95; monogr.] II-8
droogrek tuitenrek: tø̜i̯tǝrɛk (Sittard) Het houten rek buitenshuis waarop men vaten, melkbussen en emmers te drogen legt. [A 15, 25; monogr.] I-11
droogrekken rekken: rekǝ (Sittard) Constructie van latten met een overkapping, waarin de plankjes met vormelingen werden opgeborgen om te drogen. Zie ook afb. 23. [monogr.; N 98, 95] II-8
droogschuur schop: šǫp (Sittard) Langwerpige en geheel gesloten overkapping met veel grotere afmetingen dan de haaghuizen waarin werd gehaagd of de gedroogde stenen dicht tegen elkaar werden opgeslagen als wintervoorraad voor de steenoven. [monogr.] II-8
droogstaan droogstaan: (de koe) štɛi̯t drø̄x (Sittard) Geen melk meer geven. [N 3A, 72b; JG 1a, 1b] I-11
droogzolder meelzolder: mē̜lzø̜ldǝr (Sittard) De zolder boven de oven. Uit de woordtypen "droogzolder", "droogoven", "meelzolder" en "bloemzolder" blijkt dat deze ruimte gebruikt wordt zowel om iets erin te drogen als om iets erin op te slaan. Volgens Weyns (blz. 66) wordt deze plaats ook wel benut voor het drogen van zaden en volgens de informant van Q 99* droogt men het metershout hierin. [N 29, 105c] II-1
drop drop: drop (Sittard), houtkoek: aukauk (Sittard), ouwkouk (Sittard), Oukouk, gekaok i waater, is gout veur den hous: drop gekookt in water, is een goed middel tegen hoest  oukouk (Sittard), kloterwater: klooterwater (Sittard) drop || drop; Hoe noemt U: Ingedikt sap, aftreksel van zoethout, drop (kalissie, drop) [N 80 (1980)] III-2-3
dropwater houtkoek: aukauk (Sittard), oukouk (Sittard), ouwkouk (Sittard), kloterwater: klooterwaater (Sittard), klooterwater (Sittard), lakrits: lakrits (Sittard) dropwater || Hoe noemt U: Water waarin drop is opgelost (sepnat, kalissewater, kalissesap, poeliepek, kloters) [N 80 (1980)] III-2-3