e-WLD begrippen 

 
 
Filteren... dialect=Q020p plaats=Sittard

Overzicht

BegripTrefwoord: dialectopgave (plaats)Omschrijving
stolp kaasklok: keesklok (Sittard), kaasstolp: keesschtulp (Sittard), keessjtölp (Sittard, ... ), stolp: sjtölp (Sittard) kaasstolp [N 20 (zj)] || stolp [SGV (1914)] III-2-1
stolp over een heiligenbeeld stolp: sjtolp (Sittard) Een stolp of stulp, een klokvormig glas over een kruis- of heiligenbeeld. [N 96B (1989)] III-3-3
stomdronken poepzat: poepzaat (Sittard) smoordronken III-2-3
stomen stomen: Gesjtoumde bökkem: gestoomde bokking  sjtoume (Sittard) stomen III-2-1
stompe eind van een ei vot: vot (Sittard), Sub kippe: Met een hardgekookt ei, dat men stevig in de hand klemt, op de punt van het ei in de hand van de andere tikken. Wiens ei wordt gedeukt, is verloren. Soms wordt de winnaar dan ook nog de stompe onderzijde of "de vot"van het ei aangeboden, waarop deze dan met het stompe eind van zijn ei mag tikken. Op sommige plaatsen doet men dit met de punt van het ei, waarbij de ander dan vrijwel geen kans op succes meer heeft.  vot (Sittard) [Stompe onderzijde van het ei]. || Het stompe eind van het ei bij het eieren tikken. [N 88 (1982)] III-3-2
stomphoorns slechte hoorns: šlɛxtǝ hø̜̄rǝs (Sittard) Afgebrokkelde of slecht ontwikkelde hoorns. [N 3A, 106c] I-11
stomverbaasd paf: ik stónj paf (Sittard), verpapzakt: (= verbluft).  verpóbzak (Sittard), verstomd: versjtŭmp (Sittard) verbaasd, bevreemd, verwonderd zijn [toezien, staan zien] [N 85 (1981)] || verstomd [SGV (1914)] || zeer verbaasd [verpaft] [N 85 (1981)] III-1-4
stoof, voetenwarmer hoeierpot: hoejerpot (Sittard), stoof: sjtouf (Sittard, ... ) soort stoof || stoof [SGV (1914)] III-2-1
stoofvlees, zuurvlees vlees in het zuur: vleisj in ⁄t zoer (Sittard), zuurvlees: zoervleisj (Sittard, ... ), zōērvleisj (Sittard) Gemarineerd rundvlees, bereid met azijn, olie en kruiden (bufflamood, zoerbrèùtje?) [N 16 (1962)] || gemarineerd vlees || Hoe noemt U: Ragout van gebraden gevogelte (salmi) [N 80 (1980)] III-2-3
stookgat van de oven stooklok: štǭklǭk (Sittard) De benaming voor het stookgat van de oven dat voorzien is van een ijzeren deurtje. Vergelijk het lemma "ovenmond" in aflevering II.1, pag. 71. Zie voor de fonetische documentatie van het woord(deel) (oven-) het lemma "bakoven" (3.1.3). [N 5A, 79b] I-6